Internationaal Reglement Ter Voorkoming van Aanvaring op Zee.
DIDVOXX00336
Een vaartuig bezig met mijnenvegerwerkzaamheden varend moet voeren: (a) één of twee toplichten volgens hun lengte, (b) zijlichten, (c) heklicht, (d) drie groene rondom zichtbare lichten: één in de top van de mast en één op elk uiteinde van de ra.
Men moet minstens 1000 meter van het achterschip en 500 meter van elke zijde verwijderd blijven. Deze lichtencombinaties zijn nog steeds van toepassing.
Kaartjes: hoogte 130 mm, breedte 100 mm. Zwarte achtergrond met lichtencombinaties van een vaartuig bezig met mijnenvegerwerkzaamheden, voorschrift 27.
3 kaartjes met op de achterzijde voorzien van tekst met uitleg. (ON: 849).
Didactisch materiaal
Voorwerpen
Depot boven