Op de voorzijde staat bovenaan en onderaan telkens twee kinderen die met fakkels door de sneeuw lopen. Links staat een deel van een bergflank. In de ruimte met lijntjes staat, over twee lijntjes verspreid en schuin onder elkaar, 'Beminde Ouders'. Op de ommezijde staat geschreven: 'Eindelijk is de schone Nieuwjaarsdag aangebroken, die ik met zoveel ongeduld verbeid heb! Hoe heb ik er naar verlangd, mijn lieve Papa, mijn goede Mama, U heden oprechte heilwensen aan te bieden, die mijn minnend en dankbaar hart voor U heeft gevormd. Moge het ontluikende jaar voor U een goed en heilig jaar zijn dat uw ondernemingen zal zien slagen en dat bovenal getuige zal zijn van uw vrede en geluk! Moge het een jaar wezen dat bijzonder gezegend is door de goede God. In een vurig gebed heb ik het aan het Kleine Kindje Jezus gevraagd, dat in het kribje ons verwacht, de kleine handjes vol genadegaven, die het wenst uit te delen aan de mensen van goede wil. Dat Jezus, U, Beminde Ouders, rijkelijk belone voor al de weldaden waarmee Gij mij zo kwistig hebt overspelt en dat (J) Hij mij gehoorzaam, godsvruchtig en vlijtig make! Wilt mij vergeven indien ik U door lichtzinnigheid enig verdriet berokkend heb. Weest verzekerd, dat ik in de toekomst Uw vreugde en Uw fierheid zal uitmaken'. Op de achterzijde staat er: 'Uw liefhebbend dochtertje Rita 1 januari 1958'.