Links zit op een bankje een oude man met hoed, sjaal, eenvoudige jas, broek en sokken in klompen aan de rand van een oever. Hij is van de rug af weergegeven. In beide handen houdt hij een lange stok vast, waarvan het uiteinde in het water steekt. Onder het houten vissersbankje door vertrekt een lange paal waaraan een houten aker is aan het uiteinde is bevestigd, zodat die emmer diep in het water drijft. Links van de visser, een `puurderŽ op paling, groeien kale knotwilgen langs de waterkant, op de grillige oeverlijn van de kreek. Rechtsonder gesigneerd: Casimir Heymans , 1983.