Noodgeld WO. I

door Eddy Lambrecht

In Vlaanderen verkeerden de gemeentebesturen al gauw in geldnood. Dit was het gevolg van opgelegde boetes, inkwartieringen, opeisingen, enz. Daarom werden door de gemeenten zelf bankbriefjes (noodgeld) in omloop gebracht. Ondertussen was er ook een gebrek aan kleingeld ontstaan. Zilveren en gouden munten werden weggestopt door de burgers en er werden geen nieuwe geldstukken aangemunt.

Een variante op het noodgeld, maar dan in engere vorm, waren de bonnen die door de gemeente Knokke gedrukt werden, om hulpbehoevende inwoners van voedsel te voorzien. De handelaars konden deze bonnen inwisselen in de Burelen van het Comiteit voor de Hulp aan de Noodlijdenden. Te Brugge werden er eveneens dergelijke bonnen uitgereikt, voor een waarde van respectievelijk 10, 25, 50 cent of 1 frank. Zoals te Knokke kon er met de bonnen geen drank (spiritualiën) aangekocht worden.

Reeds einde 1914 was gebleken dat er niet genoeg voorraden aan levensmiddelen waren voor de bevolking. In Brussel werd daarom het Nationaal Comiteit voor Hulp en Voeding gesticht dat onderhandelde met de VS voor de aankoop van levensmiddelen. Deze levensmiddelen werden ingevoerd via Rotterdam, en werden niet opgeëist door de Duitsers. Wagens en trekdieren die zorgden voor het vervoer konden eveneens niet in beslag genomen worden door de Duitsers. Het Nationaal Comiteit voor Hulp en Voeding zorgde voor de verdeling. Goederen en gelden in het bezit van dit Nationaal Comiteit bleven eigendom van de «Commission for Relief of Belgium», dit waren vooraanstaande Amerikaanse staatsburgers die onderhandeld hadden met de Duitsers over de bevoorrading. In het gebied van het Marinekorps was er een «Provinciaal Comiteit van het Noorden van West-Vlaanderen» opgericht. Iedere gemeente, waaronder ook Knokke, had een plaatselijk Comiteit voor Hulp en Voeding opgericht.

Op 10 februari 1916 werd een telling gehouden van de Belgische bevolking in de bezette gebieden, om te weten hoeveel personen er precies in aanmerking kwamen voor ravitaillering door het Nationaal Comiteit.

2014-11-25 1341442014-11-25 134259

19152014-11-25 13452720052014-11-25 134550

Op zaterdag 17 april 1915 werd het garnizoen van Knokke geïnspecteerd door prins Heinrich van Pruisen en Admiraal von Schröder. Op de foto zien we het hoog gezelschap in het midden van de Smedenstraat, ter hoogte van het huidig huisnummer 12. Aan het hoofd van de opgestelde troepen staan de Ortskommandant Jahnke en Freiherr von Aretin van de Beierse Landsturm. Slechts enkele Knokkenaars, voor het merendeel kinderen, slaan het schouwspel gade.

2014-11-25 134608Na de inspectie zetten de Duitse bezoekers hun tocht langs de kust verder met een voertuig van de Marine.
Rechts de herberg «In St. Elooi» ter Smedenstraat.

2014-11-25 134624

Noodgeld WO. 1

Eddy Lambrecht

Cnocke is Hier
2005
42
016-018
2023-06-19 14:43:22