De Matten (Katrien Verbouw) - Gesprek met Zenobie Knockaert
André Desmidt
‘Ik moest naar Duitsland. Ik ging weggevoerd worden. Ik was aangedragen. Ik was eerst naar de commandanteur moeten gaan en ik kreeg dan mijn papieren dat ik verplicht arbeidsdienst moest doen in Duitsland. Maar de commissaris en enkele hebben nog diezelfde dag gelopen en gevlogen voor me en ik mocht ’s anderendaags naar de Matten, dat was camouflage in Heist. Ik ben begonnen op 1 juli 1943.
Jeanne De Groote, Georgette Rameloo Henriette Vlietinck, Nathalie Van de Broucke Marie-José Lannoye, Zenobie Knockaert, Jeanne Meseure
Tussen de “krakke” het heidekruid.
Al de vrouwen, die hun man in Engeland zat en die dus thuis waren met hun kinderen. Alle oude vissers die niet meer konden werken, weduwen, mochten van Willem Dhauw, de baas van de camouflage in Heist, netten breien. Die touwen kwamen toe met hele wagons. De stopplaats was waar de Scara Fashion nu is. Daar stopten ze de treins.
De vissers, allé die mensen die daar werkten mochten die bollen touw dan komen halen en ze breiden netten. Iedere keer 5m op 5m met een spaan van 10 cm. Pé van Heist (Pieter Bulcke, vader van Marcel Bulcke) breide ook. Dat werd dan naar zalen gedaan. Er waren er een stuk of vier. En ’t stond daar dan iets met precies 2 boomstammen en een platte lat en dat net werd daar over gelegd, met vier dus dat je elk 1,25m had en dan kwamen er grote zakken toe met vodden.
’t Waren allemaal propere vodden, geen idee van waar dat kwam. Je moest die zakken open doen en die vodden eruit halen en in repen trekken. Wij zeiden daar tegen “plastrons”. En je moest dan op een stoel zitten, dat net voor je trekken en aan iedere knoop moest je zo’n plastron trekken dat dat naar beneden hing allemaal op elkaar. Als je één gedaan had, kreeg je een bonnetje en je moest er 4 per dag doen. Maar dat was goed te doen hoor.
En dat moest dan iedere keer weer naar een andere plaats gedaan worden vlakbij ’t Generaal Willemspark. Je mocht ’t bustje niet in, dat was afgezet.
Maar ze staken dat daar dan in de groene verf. Dat werd dan weggevoerd met treinen, ’t was een ferm bedrijf hoor. Er werkte daar waarschijnlijk 300 man. En die matten, misschien heb je er al van gehoord van de Atlantikwall. Dat was van Bordeaux, de Franse kust, de Belgische, de Hollandse, de Deense en Noorwegen. Al de bunkers, canons, ... dat werd allemaal met die matten die wij maakten belegd. We konden er niet genoeg maken.
Zenobie Knockaert en 2 vriendinnen op een net met "krakke"
Mijn vader werkte ook in de Matten en dat was holletjesdraad en heidekruid. “Erika” zeiden de Duitsers. Van die blauwe bloemetjes. In het Zwin staan er ook, maar ze zijn kleiner.
Dat kwam toe met hele wagons, al in bundeltjes. Mijn vader moest die bundeltjes rond dragen. En dat was holletjesdraad en we moesten die “krakke”, - “krakke”, zeiden wij ertegen - in dat holletjesdraad gelegd en dat was dan vlechten. ’t Waren netten of matten. Dat werd dan rond de kanons gelegd en dat was dan precies een wei.
Die baas van de Matten heeft 20 jaar gekregen na de oorlog en hij heeft zoveel gedaan voor de mensen. Ja, collaboratie é.
“In de Matten moesten we ’s morgens om 7.00 uur beginnen en ’s middags hadden we een uur en we werden door hem betaald. Mijn vader werkte in de oude Cinema Modern en ik bij Samijns, onder ploegbaas Jules Ketels.
Zenobie met meisjes van Brugge in de Matten
Daarna werd ik overgeplaatst naar Hotel Du Phare om Brugse meisjes aan te leren. Toen we daar een tijdje waren, moesten ik en Jeanne De Groote naar de Gouden Tijl in de Kerkstraat bij Leon Ackx in de netten en later in de Belgica met Charel Lams”. De vrouwen hadden 380 fr per week en de mannen hadden 420 fr per week.’
Over Willem Dhauw is zeer weinig te vinden. Hij was een bakker in Heist en in 1938 werd hij schepen na de overwinning van de liberalen in de verkiezing. Tijdens de oorlog had hij een ‘tarnmattenfabriek’ (camouflagenetten voor het Duitse leger) en hij stelde daarmee volk tewerk op verschillende locaties in Heist.
Zijn naam komt voor op de “Liste n°1 des jugements pour collaboration économique” via het Centre d’Etudes et de Documentation Guerre et Sociétés contemporaines. http://www.cegesoma.be/docs/Invent/AA_2285_CollaboEcon_Jugements.pdf
Nota van de redactie
Werken in de matten was een verplichte tewerkstelling voor de Duitsers die er in bestond om netten te breien en die dan te voorzien van lapjes stof die achteraf in landschapskleuren werden geschilderd. Dit diende om over tanks en kanonnen te plaatsen zodat men ze vanuit de lucht niet kon waarnemen.
Wie daar nog informatie of foto’s over heeft neme contact op met André Desmidt aub.