landkaartNa het verdwijnen van de Romeinse duinengordel die bescherming bood aan het achterliggende veengebied, kreeg de zee vrij spel om de vlakte ten noorden van Brugge dagelijks te overspoelen.  Hierdoor werd het gebied herschapen in een groot slikkengebied met als belangrijkste geulen de Sincfal en een verbinding tussen Brugge en het huidige Zeebrugge (soort voorloper van het Boudewijnkanaal).

Vanaf de 7de-8ste eeuw waren grote stukken van dat slikkengebied zo opgehoogd dat ze schorren werden.  De typische schorrenvegetatie was uitstekend voedsel voor schapen.  Herders trokken dan ook met hun kudden door het gebied.  De wol van de schapen was zeer belangrijk voor de beginnende bloei van de Vlaamse lakenindustrie in Brugge. De herders trokken langs de iets hoger gelegen 'schapenwegels' die kronkelend door het gebied liepen.  De huidige Speelmanstraat zou gelegen zijn op een dergelijke 'schapenwegel'.

Door de voortdurende aanslibbing werd het gebied minder en minder overstroomd.  De gronden geraakten ontzilt omdat ze niet meer door het zoute zeewater werden overspoeld.  De ontzilte kleigronden werden beschermd met dijken waardoor de polders ontstonden.Vanaf de 11de eeuw werden steeds meer gronden ingepolderd zodat de schorren werden teruggedrongen tot binnen de grenzen van het huidige Natuurreservaat Het Zwin dat in 1952 werd gesticht door Graaf Leon Lippens. (FT)

Terug