Kroniek van een Badstad (6)

Dany Vantorre

In het vorig nummer Kroniek van een badstad (5) schreef ik onder meer over een aangenaam toneelfeest in hotel de la Plage bij dhr Baervoets. Sinds zijn bouw moet dit hotel zowat de toneel- en feestzaal van Heist geweest zijn, want in het BURGERWELZIJN (1) vond ik:

7 januari
Door een onvoorzien geval kan de vertooning van morgen 8 januari in het Hotel de la Plage bij M. Baervoets te Heist geen plaats hebben. Zij is dus uitgesteld tot een later te bepalen datum.

21 januari
Programma van het groot Avondfeest ter gelegenheid van Sint-Antoniuskermis te geven door de tooneelafdeling Sint-Donaasgilde van Brugge op zondag 22 januari om 4 ure stipt tot 7 ure in de groote zaal van het Grand Hotel de la Plage, zeedijk.

1° deel openingsstuk voor piano

    • Als moeder trouwde, lied
    • Hair en neus, koddig duo
    • Serenade, lied
    • Jam jong dancing, kluchtlied

2° deel inleidingsstuk voor piano

    • Het onderwijs, tweezang
    • Ten little nigger boys, kluchtlied
    • Moederziel alleen, lied
    • De gestrafte gierigaard, kluchtspel in één bedrijf

vrijen ingang.

In het nummer 81/1 had ik het uitgebreid over de gemeenteraadsverkiezingen en schreef toen: In februari 1882 was er wel een ballotage nodig tussen Egigius Decorte en A. Naert, waarbij eerstgenoemde het haalde en zelfs schepen werd.

In 1882 vond ik inderdaad hiervan de bevestiging in de G.V.B. (2)

20 februari: We vernemen dat de gemeentekiezing van Heyst door minister Rolin verbroken is en een nieuwe bevolen is. Hiermee werd dus de ballotage of herstemming bedoeld tussen de twee kandidaten.

8 maart: Te Heyst was het maandag laatst ballotage tusschen een katholijk en een liberaal. Zij bekwamen gelijke stemmen en daar de liberaal d’oudste was, werd hij gekozen uitgeroepen.

Enkele statistieken over de Belgische bevolking in de J.D.B. (3), lieten mij toe enkele conclusies te trekken voor Heist die nog maar eens aantonen dat er geen vergelijking mogelijk is tussen het politieke leven van toen en nu. Rond 1882 telde België bij benadering 5.500.000 inwoners. Zoals u wellicht weet, kende ons land van 1831 tot 1893 het censitair kiesstelsel. Om kiesrecht te hebben, moest men een bepaald bedrag aan kiescijns of belasting betalen. In 1831 had daardoor slechts 1% van de bevolking kiesrecht, namelijk de rijken. Pas in 1893 kwam het meervoudig algemeen stemrecht en later het algemeen stemrecht in voege. Hoe was de toestand in 1882: er waren 118.426 kiezers ingeschreven voor de kamers (2% van de bevolking) en 382.659 voor de gemeente (6% van de bevolking). Wanneer we die percentages toepassen op de Heistse bevolking van 1600 zielen, kom ik tot de conclusie dat er ongeveer 32 Heistenaars voor de kamers en ongeveer 96 voor de gemeenteraad hun stem mochten uitbrengen.

Uiteraard waren dit uitsluitend specimen van het mannelijk geslacht. Dus helemaal geen gedrum aan het kieshokje. De juiste cijfers ken ik niet, maar Heist met zijn arme vissersbevolking, zal wel niet méér notabelen gekend hebben dan eender welke andere vergelijkbare gemeente. Het politieke spel tussen katholieken en liberalen werd dus gespeeld door een klein kransje uitverkorenen, terwijl vandaag iedereen moet meebeslissen over wie de gemeente zal besturen.

Op 10 juni 1882 waren er wetgevende verkiezingen voor de kamers. Voor het arrondissement Brugge waren er 2781 kiezers ingeschreven. Iedereen moest in Brugge zijn stem uitbrengen. Er waren 8 stemlokalen, verspreid over de stad. Hiervan waren er 5 bestemd voor de Bruggelingen en 3 voor de inwoners van de omliggende gemeenten. De Heistenaars moesten naar stemlokaal 8, gelegen in een meisjesschool in de Gheerwijnstraat. Slechts één Heistenaar, liberaal gemeenteraadslid Pieter Degroote, was aangeduid om te zetelen in het stemlokaal en dan nog slechts als plaatsvervangend stemopnemer. Hoe trok onze kiezerselite naar Brugge? Daar het privé-vervoer toen met “paard en kar“ geschiedde, was de trein het aangewezen vervoermiddel.

G.V.B. 10 juni
Ter gelegenheid van de wetgevende verkiezingen, zal er een bijzondere trein uit Heyst vertrekken om 7 u 24 ‘s morgens die zal stilhouden aan al de tusschenstations en te Brugge om 8 u 20 aankomen.

Het kiesstelsel was niet alleen censitair maar ook niet-proportioneel, nl dat de partij met de meeste stemmen in een arrondissement alle zetels kreeg toegewezen. Dit systeem kwam ten goede aan de twee grootste partijen, de katholieken en de liberalen (de Belgische werkliedenpartij ontstond slechts in 1885).

In 1882 was het de katholiek, baron M. de Çrombrugghe die het haalde van de liberaal ridder de Vrière.

De katholieke kring van Heyst wilde ook haar steentje bijdragen tot de viering van deze overwinning:

G.V.B. - 3 juli
Zondag en acht dagen zal er door de zorgen van den Katholieke Kring, aldaar een banket gegeven worden aan onzen nieuwe senator M. de Crombrugghe, en aan zijne collega’s van senaat en kamer M.M. van Ockerhout, Visart en van Outryve d’Ydewalle. Het feest heeft plaats in de groote zaal van het Grand Hotel de la Plage.

G.V.B.- 19 juli
Gisteren hebben wij een schoon banket gehad, gegeven ter eere van den nieuwen senateur van Brugge, H. de baron de Crombrugghe, door de kring van Heyst, den Noordenbond. Wij hebben de schoonen toast toegejuicht die M. van Ockerhout gedaan heeft aan den Paus en aan de Koning.

M. de baron, die gesproken heeft over de stoffelijke belangen van ‘t arrondissement en M. de ridder Ruzette, die de uitgenodigden bedankt heeft voor de welwillende wijze waarop zij hem onthaalden. Eindelijk hebben wij met vermaak de redevoering aanhoord van eenen Brugschen M.A.C. die op een geestige wijze de hedendaagse politiek besproken heeft. ‘t Banket, dat ten tweeen begon, eindigde rond den zessen. ‘t Was eene schoone feeste, die een blij nageheugen zal hebben bij al degene die er in tegenwoordig geweest zijn.

Aldus luidt een brief die aan deze krant werd toegezonden.

Op het bestuurlijke vlak is de gemeentesecretaris, sinds het ontstaan van België de belangrijkste ambtenaar die met zorg werd en wordt uitgekozen. In de 19e eeuw heeft Heist er slechts 3 gekend. Frans Franckin uit Lissewege was het van 1830 tot 1862.(4) Hij paarde ambtenaars- aan zakelijk talent, want hij bezat niet alleen enkele vissersboten maar kocht de duinen tussen Heist en Knokke voor 2.000 fr om ze later te verkopen voor… 30,000 fr. Ondertussen was zijn broer Antoine gemeenteontvanger van 1830 tot 1847. Frans Francin werd op gevolgd door Bruggeling Jules La Gravière die het ambt gedurende 20 jaar vervulde. In 1882 nam hij afscheid van Heist.

BURGERWELZIJN 29 april
Juliaan La Gravière werd sekretaris van Menen benoemd, na gedurende 20 jaar sekretaris van Heist, Knocke en Westkapelle geweest te zijn.

Toen was er ook maar één sekretaris voor de fusiegemeenten. Niets nieuws onder de zon dus ...

Over zijn opvolger las ik in dezelfde krant 20 mei: De bestendige afvaardiging van de Provincieraad heeft in zitting van 16 dezer zijne goedkeuring verleend aan de benoeming als sekretaris te ‘Menen van de heer Juliaan La Gravière, sekretaris der gemeente Heist-aan-zee, Knocke en Westkapelle. De gemeenteraad van Heist-aan-zee heeft in zitting van vrijdag 19 in zijne vervanging benoemd den heer Lodewijk du Bois, sedert zeven jaar bediende bij den bekwamen heer Plaetevoet, sekretaris van verscheidene gemeenten. Wij wenschen de bestuurders van Heist-aan-zee geluk over hunnen keus.

Ook Jules Nollet (4) spreekt met veel lof over du Bois, die toen Nollet zijn boek schreef in 1906, nog steeds in dienst was.

Hij deed veel voor de vooruitgang van de stad. In menige omstandigheid was hij een wijze raadsman aan de gemeentebestuurders schrijft Nollet. Dat geloof ik graag, want de gemeenteraadsleden waren misschien welstellend maar daarom nog niet intelligent genoeg om een gemeente te besturen.

“Gedurende het badseizoen legt hij zich vooral toe op het inrichten van de feesten. Hij heeft er waarlijk een handje van weg en weet zelfs de moeilijkheden te bevredigen“ is een andere lofbetuiging. Deze stelt mij in de gelegenheid om uit te weiden over de zomeraktiviteiten aan de Belgische kust en te Heist in het bijzonder. Als badstad zat Heist in de lift en vormde samen met Oostende en Blankenberge de drie grote trekpleisters van onze kust.

Burgerwelzijn 15 juli
Een steedje dat belooft een ernstige mededinger te worden als badstad is Heist-aan-zee waar merkwaardige feesten zullen plaats hebben. Behalve de dubbele en veelkleurige prachtmaaltijden, door plakkaten en omzendbrieven gemeld, vernemen wij voor den 20 augustus aanstaande een schoon gymnastiekfeest gegeven door de club gymnastique van Gent.

Over dat feest volgt straks nog meer.  Zoals ik in een vorige bijdrage schreef, was de trein hèt vervoermiddel voor een dagje uit naar zee. Daardoor liepen er in juli en augustus merkbaar meer treinen naar de kust.

Burgerwelzijn 26 juni
Te rekenen van 1 juli af zal de badendienst op de spoorweg ingericht worden. ‘t is te zeggen zullen er verschillende bijzondere treinen lopen naar de badsteden o.a. van Brussel naar Oostende, Blankenberge en Heist. Zondag 9 juli zullen Blankenberge en Heist ook de aankomst van hunner pleziertreinen kennen.

Burgerwelzijn 22 juli
Morgen zondag worden onze badsteden druk bezocht. De pleziertreinen uit het walenkwartier zal eenige duizenden reizigers naar Oostende voeren. De burgerwachten trekken tevoet naar Blankenberge, en de spoorweg zal onze dappere jagers-verkenners dragen, die een uitstapje doen naar Heist.

Wat die jagers in Heist deden, hou ik “geheim” tot in het volgende nummer. Ze kwamen alleszins in de beste stemming terug in Brugge aan.

Burgerwelzijn 24 juli
De dagen liggen nevens elkander maar gelijken elkander niet. Na eenige tijd schoon weder, kregen wij gister gedurende vier vijfden van den dag aanhoudende regen en eerst rond den vijven begon het wederom klaar te worden. ‘s Avonds was alles om ter best, hetgeen veel bijbracht om eene ongemene beweging aan de statie te doen ontstaan waar honderden nieuwsgierigen de treins van Blankenberge en Heist verwachtten. Ten acht en half kwamen de jagers-verkenners terug, muziek aan ‘t hoofd en met eenen reusachtigen bloemtuil op ‘t geweer. 't schijnt dat zij allen zich uiterst wel vermaakt hebben in de badsteden. Te beter.

G.V.B.- 29 juli
Te rekenen van 1 oogst zal den expresstrein, vertrekkende van Heist en Blankenberge naar Brugge ten 6u45 en ten 7u12 ‘s morgens in betrekking gebracht worden met den trein die van Brugge vertrekt te 7u40 naar Rouselaere en Kortrijk. Deze trein zal daarenboven een gewone trein worden met rijtuigen van 3 klassen gelijk ook dezen die van Brugge naar Heist vertrekt ten 6u06 ’s avonds. De expresstreins van Brugge naar Heist te 10u20 ‘s avonds en van Heist naar Brugge ten 2u20 zullen insgelijks gewone treins worden.

Burgerwelzijn 17 augustus
Te Brussel zijn er zondag in de Noorderstatie 20.000 koepons afgeleverd voor Oostende, Blankenberge en Heist. ‘t Is zondag naast dat de stadsharmonij Jongelingen-Kring van Rousselaere zich naar Heyst-aan-zee begeeft om er op aanzoek, op den zeedijk een monsterconcert te geven. De koorzangafdeeling der zelfde maatschappij zal er ook eenige stukken uitvoeren.

Burgerwelzijn 19 augustus
Morgen is het te Heist groote en schoone feest, ingericht door twee voorname maatschappijen. Ten 2 ure, gymnastiekfeest door de club gymnastique van Gent en te 3 1/2 ure overschoon concert door den Jongelingen uit Rousselaere. De aankondiging dezer dubbele feest zal morgen veel volk naar Heist zenden te meer daar er ‘s avonds groot vuurwerk is, door M. Dewitte, vuurwerkmaker uit Gent.

Burgerwelzijn 21 augustus
Ongelooflijk is het getal volk dat gister naar de badsteden trok. Alle treinen brachten gedurig honderden reizigers aan die de wagons vulden, schier geene plaats overlatende aan de menigte Bruggelingen en menschen uit ‘t omliggende die ook van het schoon weder gebruik wilden maken om een uitstapje naar de zee te gaan doen. Moeilijk om te bepalen het ware cijfer der toeristen dat gister iedere badplaats ontving, maar volgens alle evenredigheden gesproken, mag men zeggen dat Heist er de meeste gezien heeft. Een onafzienbare stoet vormde zich daar 's morgens ten 11 ure aan de statie, om voorbij het Hotel du Rivage langs den zeedijk in de bijzonderste straten van het steedje den voorgeschreven weg te volgen. Eerst zag men het talrijk en uitgelezen muziekkorps van Rousselaere gevolgd door de koorafdeeling des Jongelingen-Kringe. Daarna kwamen in goede orde en voorafgegaan door hun vaandel de leden van de club gymnastique van Gent. Het derde deel des stoets, bestond uit eene deputatie kinderen der vreemdelingen van Heist die met vlaggen en wimpels hunnen schoolmakkers inhaalden ten getalle van verscheidene honderden, onder de leiding hunne professors aangekomen. Na de gewone plechtigheden, verspreiden zich maatschappijen en vreemdelingen op het strand en den zeedijk en gedurende meer dan twee uren zag men om zo te zeggen een gedurigen doch vriendenlijken strijd, eerst om een bad te kunnen nemen en dan om te mogen noenmalen.

Rond 3 uren 's namiddags begonnen tesamen, de gymnastische feest en het concert, zoodat de nieuwsgierigen het dubbel genot hadden van te gelijkertijd oefeningen te kunnen vermaken. De club gymnastique verdiende warme toejuichingen, zoo voor de gezamelijke werkingen als voor de afzonderlijke oefeningen.

Van het groot concert door de muzikanten van Rousselaere gegeven, mag men met niet min ophef spreken, maar het klaarste bewijs van den bijval dat het genoot, is dat met den trein van 4 ure een groot aantal Blankenbergenaars afkwamen, opzettelijk om de stukken van het tweede deel nog eens te horen spelen. Zij hadden ze zoo schoon gevonden wanneer de kring ze te Blankenberge uitgevoerd had over een paar weken, dat zij kost wat kost ze nog eens wilden horen. De Kring der Jongelingen mag terecht doorgaan als eene der beste en talrijkste muziekmaatschappijen van het land. Heist heeft dus gister eenen onder alle opzichten schoonen dag beleefd, de vreemdelingen die er verblijven zullen zich lang van die dubbele feest geheugen en de menigte onzer stadsgenoten die er een uitstapje gedaan hebben, zullen hunne reis niet beklagen.

Burgerwelzijn 26 augustus
Men schrijft uit Blankenberge en Heist dat ofschoon ‘t weer niet zeer gunstig is, deze badplaatsen door een overgroot aantal vreemdelingen bezocht is. De duitschers zijn andermaal in meerderheid. Zonneschijn en regen wisselen elkander zeer snel af, doch men heeft er meer goed weer dan regen. De hotels zijn voortdurend sterk bezet, ofschoon er plaats is, evenals dit het geval is met de kwartieren in de stad. De villa’s zijn allemaal, op drie of vier na, bewoond.

Men moet zich niet al teveel voorstellen van de “massa” toeristen die naar de kust afzakten. In 1890 waren er dat in Heist 3859. Ik vermoed dat dit diegenen waren die bleven overnachten. Zij zullen wellicht echt genoten hebben van pure onbezoedelde zeelucht en zalige rust, wat de toerist anno 1982 niet meer kan zeggen.

Lees verder: Kroniek van een badstad (7)

Bronnen:

  1. Burgerwelzijn 1882.
  2. Gazette van Brugge 1882.
  3. Le Journal de Bruges 1882.
  4. Heyst-aan-zee en zijn verleden, Jules Nollet 1909

Kroniek van een badstad (6)

Dany Vantorre

Heyst Leeft
1982
01
012-017
Ludo Sterkens
2023-06-19 14:37:15