Toen Knokkenaars de bokshandschoenen aanbonden
NIMMER KNOCK OUT
- een dagklapper met rake meppen -
Ze maken deel uit van de schare legendarische figuren van Knokke: de boksers uit de stal van Achille Dupuis. Het was in de laatste jaren van de oorlog, maar vooral na de bevrijding, toen Canadezen en Engelsen hard wilden zien knokken (in de ring). Sinnaeve, Koning of Cochard - en we vernoemen ze verder allemaal - waren binnen de éénmalige generatie boksers der Oostkust om gensters te slaan. Zeker, er was wel een eenzame voorganger geweest: Jules Laporte in 1919, met 5 fr. per match, voor de sport en voor de eer. We blijven bij de grote periode van 1944 tot 1958, nimmer knock out, of bijna, Knokke met een nieuwe faam.
VAN KNOKPARTIJTJES TOT DE RING
- Het was in 1942. Ik kreeg Cochard binnen en hij vroeg of het mogelijk was hem en zijn maats iets meer te willen leren over boksen. Voor mij waren die onstuimige kerels maar een bende schooljongens, klaar voor een knokpartijtje. Ze dan maar eerst al het slechte verhaald over het boksera, ze zoveel mogelijk alle lust ontnemen. Of ze er dan wilden aan beginnen ? Meer vroegen ze niet. Zo kwamen die kersverse liefhebbers bij De Buysere in de 'Espérance'. Daarbij waren Alex Sinnaeve, Pier Cochard, Leon Sys, Lucien Strubbe en Bertje Koning.
Een club kwam nog niet tot stand, wel de boksstal van Dupuis.
Achiel Van de Putte alias Achille Dupuis, bokser en manager (1908-1971)
– Ik was vanaf mijn eerste kamp professional, pas zestien jaar oud en vlieggewicht. Van 1923 tot 1930 ben ik in de ring gebleven. Demuyter moest er in 85 sekonden aan geloven. Mijn carrière werd in feite afgebroken door een epidemie, toen ik in 1926 soldaat was bij de tanks in Sint-Denys. Een Brusselaar bracht mikroben binnen en werd gekonsigneerd. Achteraf ben ik nog in de ring gekomen, maar het was niet meer zoals voorheen. Knokke werd mijn toekomst.
In 1935 heeft Achiel de Minerva gekend, toen met het grote orgel en orkest met v.l.n.r. Jules Van Maele, René Gunst, Alfons Janssens, de Brusselaar en Jules Cortvriendt. In 1944 kwamen hier de boksers.
We hebben het in 1965 allemaal genoteerd uit de mond zelf van Achille Dupuis. De Dagklapper is dertig jaar in de classeur gebleven. Maar sedert we bij herhaling Pier en Bertje teruggezien hebben en zij nog leven van de herinnering aan de ring, vonden we het best hier hun historie te vereeuwigen. Zo de glorietijd van de bokssport te Knokke.
Achille heette eigenlijk Achiel Van de Putte. Geboren in 1908 overleed hij in 1971 en rust op het Helenakerkhof in de Papepolder, begraven langs de oostelijke haag. De meeste van zijn boksers trokken ook reeds naar de hemelse Espérance. Achiel was in 1930 naar Knokke gekomen. Zijn ouders hielden aan het Driehoeksplein een familiepensionnetje open, de “Chant d'Oiseau”. Na een seizoen bij de Cadillac Tours, beneden het Grand Hôtel, trok hij het volgende jaar bij de Blue Queen van Salomé. Zo tot de oorlog uitbrak, het laatste zomerseizoen in 1939.
Van oorlog tot vrede
– Van trainen kwam het vlug tot de werkelijkheid voor de Knokse amateurs. Met mijn schooljongens kwam ik voor de eerste maal vlug tussen de koorden te Poperinge op het kampioenschap van West-Vlaanderen. Die beginnelingen, nog helemaal gaaf, werden eerder raar bekeken. Maar Sinnaeve bokste er zich al dadelijk kampioen. Koning was prachtig doch verloor punten. Cochard was zoals altijd een tikje te open als het er op aan komt, en de punten bleven hem ook ongunstig. Maar zoveel indruk had hij gemaakt dat hem gevraagd werd 's avonds, buiten kompetitie, nog eens op te treden. En als het 's namiddags niets geweest was, dan werd hij wel de grote held op de demonstratie, enthoesiasme alom. Een bemoedigende inzet met toekomst.
Pier zal tussenin wellicht een dubbel rantsoen gekregen hebben. Iets wat in oorlogstijd bepaald welkom was.
– Met onze groep zijn we volgens dikwijls naar Oostende geweest. Ook binnen het Sperrgebiet. Een hele sliert supporters vergezelde de boksers. Eens uitvliegen was bijzonder in de smaak, ook om de oorlogsmiserie te vergeten.
Toen de Duitsers reeds de gevolgen van de landing in de rug voelden op het terugtrekken uit Frankrijk, was er in 1944 nog een avond vastgelegd in Oostende.
– De supporters bleven toen veiligheidshalve thuis, bang dat desgevallend de bruggen zouden opgeblazen zijn tegen de terugkeer. Het was begin september. Wij kwamen heel en gaaf weer. Nu zouden we wel een paar maanden ingesloten raken. Dan maar oefenen. We richtten zelfs een paar keer kampen in om de mensen die hier naar betere dagen uitkeken, wat afleiding te bezorgen.
De Espérance, het blanke gebouw tegenover het Verweeplein, was het eerste lokaal voor de boksstal van Dupuis.
OORLOGSDRAMA BELEEFD IN SPARRENBOS
Onder de oorlog was Achille Dupuis huisbewaarder in de villa De Soete Hoorn ter Zeeuwspad aan de rand van 't Sparrenbos van 't Zoute. De bevrijdingsdag 1 november 1944 werd voor hem een tragische belevenis. Zo voor Lucien Strubbe, die bij zijn trainer verbleef met een gebroken voet pas uit het gipsverband. Wat oefenen was welkom na de gedwongen rust. Alberic Vermeersch heeft die ochtend van Allerheiligen kunnen hersamenstellen.
“Tussen 7 en 8 u. werd hevig geklopt op de deur van de villa van Dupuis. Deze kwam dadelijk kijken en stond voor een Canadese patrouille. Een grote verrassing, zo voor mevrouw en Lucien die ook al op waren. De bevrijders! De Canadezen wilden weten of er in de buurt nog Duitsers ingekwartierd waren. Achille sprak best Engels en verstrekte de nodige uitleg. Lucien van zijn kant, 19 jaar oud en van geen gevaar bewust, was onmiddellijk akkoord om de Canadezen de weg te wijzen naar een verdere villa waar nog wel vijanden konden verstopt zitten. Dupuis zelf, kwam liever niet buiten: oorlog is geen boksring.
Een tiental Canadese soldaten volgden mee in het spoor van Strubbe. Deze zag wat verder zijn goede vriend André Hillewaert (met de ganse familie naar een landhuis in de buurt uitgeweken). André wist ook waar de moffen schuilden en trok mee. Naar Les Mélèzes, een hoofdkwartier in het bos. Ze drongen door tot de tuin, om vast te stellen dat de wachtposten verdwenen waren. Binnen konden enkele Duitsers ontwapend worden en opgeleid. Achille Dupuis was ondertussen, nieuwsgierig genoeg, ook opgedaagd. En hierop zei André: Lucien, buig je, ze gaan schieten! De woorden waren nog maar pas uitgesproken en uit noordelijke richting klonk het geratel van een machinegeweer, gefluit van kogels. André Hillewaert slaakte een rauwe kreet, viel tegen Strubbe, - de 17-jarige was dood. Een andere Canadese patrouille doorheen het bos meende enkele Duitsers gezien te hebben...”
In de roes der bevrijding is de dood van de jonge Zoektenaar niet zo vlug bekend geweest. Voor Dupuis en Strubbe was 1 november 1944 een zwarte dag.
Lucien Strobbe toont waar zijn vriend Hillewaert neergeschoten werd bij de villa in het bos.
BOKSEN VOOR DE BEVRIJDERS
Met het witte brood van de Canadezen zette voor de Knokse boksers ook de glorietijd in. Vol enthoesiasme werden ze de lokale helden van de soldaten, op spannende avonden in de dancing Minerva ter Lippenslaan en in de zaal Victory van Couvreur bij de smidse aan de Nieuwstraat-Smedenstraat. Zei ons Achille:
– Ook in het Casino werd gebokst. Als de meeste Canadese troepen verder trokken, voor de strijd naar Holland en het Reich door, kwamen hier veel Engelse eenheden gelegerd. Zij hielden van een partijtje boks. Wij kregen meer Knokse liefhebbers bij. Zo de broer van Strubbe en die Rubbe werd op de plakbrief, zoals Leon Sys als Leonys. Deze werd vlug een uitblinker met Sinnaeve, Koning en Cochard. Er zouden professionals uit groeien.
Achille Dupuis en zijn vedette Alex Sinnaeve
Onder de soldaten was er een vurige supporter: Anton Borek. Hij is een legendarische Pool geworden. Hij hield van Knokke, ondergedoken nadat hij uit het Duitse leger deserteerde. Zo kwam hij in contact met het verzet na aan terechtstelling door de Duitsers ontsnapt te zijn. Een historie apart. Met meer Polen speelde hij zijn rol tijdens de bevrijdingsdagen. Borek werd vervolgens soldaat bij de Poolse brigade. Gewond bij Wilhelmhafen eindigde de oorlog voor hem in 1945 in een hospitaal. Men heeft Anton te Knokke teruggezien in het najaar.
Anton Borek, de Pool bij de Wehrmacht ingelijfd, kwam met meer landgenoten bij het Verzet en liet zich bij meerdere akties opmerken. De populaire figuur hield ook van de boksers, tot de fatale avond toe.
Robert Koning, koning in de ring, herinnert zich best die 5 oktober. Borek loofde een premie van 1600 fr. uit, die Robert won tegen Joe All. Het was in de Minerva. Waar ook gedanst werd. Borek kon drinken als een... Pool. En hij kreeg het aan de stok met een Britse soldaat die danste, gooide hem een stoel tussen de benen. Dit leidde uiteindelijk tot een ware slag tussen Polen en Engelsen. Borek trok zijn revolver en vuurde. Al wie maar kon, nam vlug de wijk. Hij raakte een soldaat aan het hoofd, gaf niet toe als hij aangemaand werd zijn wapen neer te leggen. Buiten bleef hij schieten van achter de haagjes in de Lippenslaan. Een schildwacht haalde zijn automatisch wapen, maaide in de haag. Dit werd het einde van Borek. Eén jaar had de heldentijd geduurd. Hij sneuvelde roemloos in het Knokke dat hem het meest bewonderd had.
**************
ARTIKEL: Victorie-Sport
Jef Bloeling op den boks (23-6-45)
‘k Was daar bij nen Engelschman die veel sigaretten had en die absoluut naar de Boks wilde. Die Engelschman, die een Kanadees was, zei: “Yes Sir, I like Seinnaaf, thats nen man, dien we later nog in New-York zullen zien, in Madeson Garden”. ‘k Ben dan maar meegegaan voor de sigaretten.
Bij Pieks (niet Pigs) konden we nie binnen, ‘t was een eindje verder, bij Breughel, bij de victorie van Beun, pardon bij de Beughel van Beun. Neen, dat is ook weer mis, in de “Victorie” enfin. Yes Sir!
‘t Was er stampvol in de schuur en we waren gelukkig als een verlosten Hollander, toch nog een plaatsje te vinden waar we tusschen zeven koppen een tipje van den ring konden zien. Gelukkiglijk hoorden we goed de pick-up.
Er wordt iets geëxplakeert van nen beker, en van deze die meest een bloedneus krijgen, hem hebben zullen om er warm water in te doen om compressen te leggen. De Antwerpenaars zijn er zeker van te winnen, en loopen dan ook van pure compassie op tijd van den ring om toch niemand dood te slaan. Op 't eind van d'historie krijgt Knocke toch den beker omdat Tony geen een van die Antwerpenaars kan vinden. 't Schijnt dat ze tegen den rook van de Engelsche sigaretten niet konden. Dat is ook maar vulgairen bucht vergeleken met een “Lucky Strike”. Yes Sir!
Dan is onze Koning gekomen en..., neen, ‘t ministerie is niet afgetreden. Er werd geroepen en getierd, 25 fr. langs hier, 50 fr. langs daar, van Frans, van Miel, van André, van Urbain, en 'k weet niet van wien allemaal. Enfin 't kwam allemaal van Gutt. 't Was een schoone match. Als de boksers lang genoeg geslagen hadden, heeft de arbiter ze in een hoek gezet en heeft gekeken hoeveel slechte punten ze elk hadden. Ze kregen alle twee nul op hun bulletin.
Als die Kanadeesche Engelschman dan op mijn schouders gesprongen is, wist ik dat Sinnaeve op den ring klom. ‘k Heb niet veel meer van de match gezien, maar kreeg op tijd en stond een zweetkorporaal van mijn Tommie. In den ring werd er ook veel gezweet en ‘k dacht op zekere oogenblik dat de eerste trein weer in de statie van Knocke kwam. Sinnaeve heeft vaneigen gewonnen en toen ben ik ineengestort van ‘t danig gerucht. Maar ‘k hoorde Gaston Bout toch nog boven al ‘t andere schreeuwen.
Volgende match Gaston tegen Sinnaeve.
Jef Bloeling.
*****
Sinnaeve slaat de ex-kampioen op punten
Voor een nokvolle zaal had vorigen Vrijdag in de “Victory” de kapitale match plaats tusschen A. Sinnaeve en Alb. Braedt, ex-kampioen van België en 1e aanspraakmaker op den titel tegen Roger. Sinnaeve heeft het pleit gewonnen en aldus bewezen het niet bij zijn kampioenschap der beide Vlaanderen te laten. Koning hield stand tegen de sterke Verhellen en behaalde met zijn “match nul” een goeden uitslag. In de nevenkampen behaalde Knocke een verpletterende overwinning op Antwerpen.
Sinnaeve – A. Braedt
- le r.: Gelijk opgaand, Sinn. dringt aan, maar Braedt reageert goed.
- 2e r.: Sinn. blijft aandringen en volgt goed met zijn slagen. Br. herstelt zich op het einde.
- 3e r.: Prachtige rechtsche van Sinn., voordeel. Op het einde dringt Br. aan.
- 4e r.: Meesterschap van Sinn., mooie linksche. Br. schijnt vermoeid.
- 5e r.: Voordeel Sinn., Br. klampt aan.
- 6e r.: Br. herstelt zich, Sinn. blijft echter aandringen.
- 7e r.: Br. vertrekt goed, maar Sinn. neemt het initiatief weer over.
- 8e r.: Vermoeienis. Sinnaeve wordt winnaar op de punten uitgeroepen. Juiste uitslag.
R. Koning – Verhelle
Deze prachtige kamp zag om de beurt beide boksers het voordeel nemen. Geen van beiden zal er echter in slagen de andere te overklassen. Koning liet een goeden indruk achter en zal er met zijn volgende beroepskampen heel zeker in slagen de opgedane ondervinding uit te buiten.
Match nul geeft de juiste verhouding van den kamp weer.
De nevenkampen: Kn. – Antw.
Demaré-De Landsheere: De Antwerpenaar geeft bij ‘t einde van de 1e ronde onverwachts op.
Vercammen-Lauwers: Vercammen verwaarloost te veel zijn dekking, maar inkasseert goed. Lauwers wint op punten.
Strubbe-Jean François: Strubbe dwingt François in de 3e ronde tot opgave, na merkbaar voordeel.
Leonys-L. De Looze: De Looze, steeds in de koorden gedrongen, verdedigt zich goed. Leonys wint op punten.
De Smedt (Heist) – Van Alphen: Een mooie kamp met De Smedt die tevergeefs een uppercut tracht te plaatsen. De Sm. wint op punten.
Cochard-J. De Looze: De Looze uitgesloten in le ronde.
Tony- De Schrijver: De Schrijver uitgesloten in le ronde.
Knocke wint den beker met 20-2.
Vic.
**************
Alex Sinnaeve was de beste
Dupuis, na de oorlog weer de oude geworden, was zelf vol vuur voor het boksen. De schooljongens waren vergeten. Hij had ze echt leren knokken. Het kwam tot de volgende stap.
– Alex Sinnaeve had pas negen kampen als amateur achter de rug als zijn beroepsvergunning aangevraagd werd. Ze lachten me aanvankelijk uit van: wat kom je hier vragen? ]Maar Alex was de man met bokshandschoenen geboren. In 1946 werd hij kampioen der beide Vlaanderen bij de liefhebbers. Zo kon hij professional worden, hetzelfde jaar nog kampioen van België bij de bantammers als hij Roger klopte. Het toppunt was als het ware bereikt. Alex kreeg vlug een grote naam.
Alex Sinnaeve, rechts met Dupuis, op een van zijn glorierijke kampen, de ernst vóór de eerste bel.
Sinnaeve heeft uiteindelijk 78 kampen geleverd en er 51 gewonnen. De zege haalde hij doorgaans met knock out. Hij bleef kampioen van België, tot Cornelis hem, tijdens een memorabele kamp in open lucht op het Vuurtorenplein, de titel ontnam. Alex was soldaat geweest en had alle moeite het gewenste gewicht terug te krijgen. Maar hij bleef aan bod.
– Hij leverde prachtige kampen in Engeland. Waar winnen geen grap was: de arbitrage lamentabel. Alex verloor er op punten, was opperbest, terwijl zijn tegenstander op een berrie moest weggedragen worden. Zo ging het eens tegen een Schot: Alex was al aangekleed terwijl zijn tegenstander nog altijd lag te zieltogen in de kabine. Dan mocht Sinnaeve naar Australië. Ik kon niet mee en er was een afspraak met manager Brugnon uit Parijs. Alex deed het er best, maar hij had vrouw en kind achtergelaten en kwam zo vlug mogelijk terug naar Knokke. Liever dan naar de States te trekken, waar hij naam kon maken. In eigen land bleef hij meer kampioenschappen betwisten, maar het einde was in 't zicht. We waren in 1952 en het duurde nog tot 1958. Alex kwam achter het stuur van zijn bierwagen bij Miel Van Hecke.
Alex Sinnaeve, echtgenoot van Irène Daese, overleed in 1986 op 60-jarige leeftijd. Zijn as werd bijgezet in het columbarium op de parkbegraafplaats.
ROUWBERICHT:
Men vraagt ons het overlijden te melden van de heer
Alex Sinnaeve.
Echtgenoot van mevrouw Irène Daese
Geboren te Jabbeke op 21 november 1925
Overleden te Brugge op 8 mei 1986
De plechtige lijkdienst, waartoe u vriendelijk wordt uitgenodigd, zal plaats hebben op donderdag 15 mei 1986 om 10.30 uur in de H. Margarethakerk (station) te Knokke-Heist, gevolgd door de crematie en de bijzetting in het columbarium op de parkbegraafplaats te Knokke-Heist.
Vrienden en kennissen die bij vergetelheid geen rouwbericht ontvingen, worden hiermede vriendelijk uitgenodigd.
Paul Parmentierlaan 69
8300 Knokke-Heist
Rouwleiding Amys Y – 61 01 79
V.l.n.r. Lucien Strubbe, Leonys, Pier Cochard en Robert Koning
***************
ARTIKEL: Victorie-Sport
Jef Bloeling en de Brown Butcher (21-7-45)
Deze maal had ik meer geluk in de “Victory-Hall”. ‘t Was er zoodanig warm dat ‘t zweet tusschen de stoelen stroomde, en ‘k heb ervan geproferteerd om al duikende een goeie plaats te visschen. ‘k Vischte altijd in troebel water.
Zadden mij zooiets verteld van een brown butcher die zou komen en 'k had mij dikselnair van onder 't stof van mijn kolen gehaald en gezocht wat dat zeggen wilde. ‘k Vond dat dat een bruinen beenhouwer was.
En ‘k heb natuurlijk onmiddellijk aan die beenhouwers gedacht die niet content waren met de winste van hunder apedoozen en er nog een zwientje moesten tusschendraaien van 20 fr. de kilo en een nul d'r bij.
Die nul moest dienen om in hun kofferfor te steken.
En 'k heb gedacht, daar zal nu nen keer een beenhouwer komen die geen kofferfor heeft en kiepkap zal maken, gratis voor niks, 10 fr. op de volksplaatsen en 50 fr. voor de riengproetelkraten plaatsen.
En voor eene keer had ik mij niet vergist. “Hij kwam, hij zag, hij overwon”, zoals Guido Gezelle zei in “Boerke Naas”.
Hij kwam op de ring, de Brown Butcher. Hij moest nog nen keer terug, want jad zijn buik vergeten (echt waar gebeurd). Hij stond recht, sloeg zijn tegenstander tweemaal tegen den grond, sloeg zijn wenkbrauw in twee, dat is al vier, en de rest kreeg hij premiën. Dat maakte vijfhonderd frank.
Daar er geen enkel amateur was aan dien prijs, hebben ze de slachting achter de eerste ronde maar stil gelegd.
Mijn vriend Sies Swatiel die meer van sport kent dan ik, vroeg de Brown Butcher zijn indrukken. De Brown Butcher zei: “Mijn indrukken zijn goed en dat 'k alzoo zal voortdoen!”.
Opgelet van de kontroleurs!
Jef Bloeling.
****
Boksen te Knocke
Na de jongste succesvolle meeting van zaal Dupuis.
Voor een nokvolle “Victoryzaal” liep de meeting van Vrijdag 11., van stapel, niettegenstaande het prachtig zomerweder en of er gezweet werd hoeft geen betoog, 't was een wedijver tusschen boksers en toeschouwers; daaruit kan men het besluit trekken dat het sportminnend publiek voor de boks gewonnen is en zich niet ergerde aan deze warmte om de boeiende kampen te volgen.
De liefhebbers welke zich de moeite niet getroost hadden de verplaatsing te doen, denkende dat het aan belangstelling zou ontbreken om reden dat de klopper Alex niet van de partij was kunnen zich het alvast beklagen, want het was een spannende en welgeslaagde meeting en ik ben de overtuiging toegedaan dat alle liefhebbers de zaal tevreden hebben verlaten.
Demaré-Finet boksten onbeslist. Goede kamp vol vechtlust en juiste beslissing.
Rubbe was goed als naar gewoonte en dwong zijn tegenstander tot opgave in de derde ronde, na drie goed geplaatste rechtsche.
Strubbe heeft er eveneens Vanleede doen aan gelooven. Met een goed geplaatstse rechtsche op de kin zond hij den Moeskroenenaar tot 8 naar de planken, waarna zijn manager den handdoek wierp. Strubbe is op goeden weg, verbetert van meeting tot meeting en als hij de wijze raadgevingen volgt van den geroutineerden manager Dupuis wordt hij gewis een goed bokser.
Leonys heeft tegen Orda den schoonsten kamp van zijn loopbaan geleverd. Vastberaden en zegezeker, zonder echter tegen zelf overschatting te zondigen trad hij in den ring en dwong eveneens zijn tegenstrever tot opgave in de tweede ronde.
Van de kamp Desmedt-Vermandere kan niet veel worden gezegd, gezien de Moeskroenenaar reeds bij den aanvang der tweede ronde door den scheidsrechter werd uitgesloten.
De Knockoutman Tony heeft eens te meer met Knock-out gewonnen en dit nog wel in de eerste ronde. Na enkele seconden ging zijn tegenstander naar de planken tot 8 om een weinig daarna hem definitief uit te schakelen met een formidabele rechtsche op de ribben.
Cochard heeft zijn debuut als beroepsbokser schitterend ingezet met Van Outryve reeds in de eerste ronde 2 maal tot 8 naar de planken te zenden, waarna deze verplicht was op te geven gezien de ernstige opgeloopen kwetsuur. De vliegensvlugge start van Pier, in extra forme, heeft zijn tegenstander letterlijk onthutst. Doe zoo voort jongen, blijf kalm en nederig, laat U het hoofd niet op hol brengen, volg steeds stipt de aanwijzingen van Uw manager want er zijn nog schoone dagen voor U weggelegd.
De match Koning-Deconinck was eveneens zeer boeiend en dit tot het einde der 8ste ronde. De eerste ronde kende licht voordeel voor Deconinck. In de tweede ronde gingen beide boksers naar de planken en was de strijd verder gelijkopgaand. De overige zes ronden waren letterlijk in het voordeel van den moedigen Knockenaar die rond zijn tegenstander danste. Vanaf de 8ste ronde was de Moeskroenenaar niet meer helder van geest en gedeeltelijk dronken geslagen, maar hield toch vol tot het einde gezien zijn taaiheid.
De kampioen van België batam gewicht Roger gaf midden in de kampen een exhibitie en stelde zich meteen twee ronden tegenover manager Dupuis. Roger heeft den indruk gelaten zeer beweeglijk te zijn, een prachtig beenenspel te bezitten en rap te zijn met zijn linksche. Alex heeft zoodoende de gelegenheid gehad zijn toekomstigen tegenstander eens goed te bestudeeren, want onderhandelingen zijn gaande om onzen prachtbokser Seynaeve binnen zeer korte tijdspanne te laten uitkomen en dit te Knocke zelf tegen den kampioen Roger. Wanneer dit mocht lukken staat Knocke op stelten en moet men dien dag bepaald volk weigeren, ten ware men de beschikking over het Casino verkreeg.
Laten we echter de gebeurtenissen niet voorop loopen en de opknapping daarvan aan het bestuur van den plaatselijken boksbond overlaten, welke het wel tot een goed eind zal weten te brengen.
Ziehier de juiste uitslagen:
Liefhebbers 4 x 2 min.:
- Demaré (48 Kg. Knocke) en Finet (50 Kg. Moeskroen) doen match-nul.
- Rubbe (54 Kg. Knocke) slaat Van Ooteghem (56 Kg. Moeskroen) door opgave in 2 ronde.
- Strubbe (59 Kg. Knocke) slaat Van Leede (58 Kg. Moeskroen) door opgave in 2 ronde.
- Leonys (62 Kg. Knocke) slaat Orda (60 Kg. Moeskroen) door opgave in 2 ronde.
- Desmedt (64 Kg. Heist) wint op Vermandere Junior (64 Kg. Moeskroen), uitgesloten in 2 ronde voor misplaatste opmerking jegens den scheidsrechter.
- Tony (73 Kg. Knocke) slaat Vandevelde (73 Kg. Moeskroen) knock-out in 1 ronde.
Profs over 8 x 2 minuten:
- Cochard (68 Kg. Knocke) slaat Van Outryve (68 Kg. Moeskroen) door opgave na 1 ronde.
- Koning (67 Kg. Knocke) wint op punten van Deconinck (67 Kg. Moeskroen).
***************
Robert Koning overleefde de tijd met de herinneringen aan Knokse boksers
REUZELS SMULLEN BIJ HORTENSE
Robrecht Koning voelde de slagen vooral op de oren, zijn gevoeligste plekken. En met die pijnlijke elementen moest hij op tijd en stond bij Dr Mattelaer, terwijl verzorger Omer Doossche ook een middeltje had om de oren wat te verzachten. Maar er was meer om de slagen vlug te vergeten, zei ons Bertje:
– Al de boksers uit onze groep van Dupuis ontmoetten mekaar voor verdere kommentaar om te smullen van de reuzels van Hortense. Zij was de moeder van Rosa Doossche, met wie ik in 1947 huwde. We kenden mekaar al van jaren voorheen, toen ik nog geen bokshandschoenen aangetrokken had.
Hij is tenslotte één van de laatste overlevenden van de Knokse boksers. Robrecht Jan is van 1924 en woont steeds ter Meerlaan bij de Koningslaan.
– In de zomer van 1947 wist ik nog het vuur aan de schenen te leggen, met mijn 68 kg van toen, tegen De Schrijver van Gent. Het was het grote jaar voor Rosa en ik. De boksmatch werd verfilmd. Zoals die van de Luikenaar Jos Cornelis tegen Alex Sinnaeve, beiden 52,5 kg op het Vuurtorenplein, in open lucht midden een massa volk. Alex was steeds de man op knock out belust,
-ik bleef eerder bij techniek en punten. En beschermde mijn oren.
Persbericht
't Begon op de “vicinal”.
Bertje Koning ging met de “vicinal” naar Brugge om er te gaan werken en Alex Sinnaeve en enkele andere spuiters, waaronder Leon Sys die aan de Vakschool in de Bouverystraat de lessen volgden, waren in hetzelfde gezelschap. Tot wanneer Bertje een koppel bokshandschoenen mee had. De éne trok de rechter de andere de linker handschoen aan en de sparringkamp werd gehouden op het achterste platform van de “vicinal” onder het scheidsrechterend oog van de “controleur”. Dat gebeurde in de periode 1940-42, toen de directie van de Vakschool de Knokkenaars zelfs verbood van te boksen, maar die weigering onmiddellijk introk toen er een meeting in de Gilde te Brugge doorging.
Persbericht
En Robert Koning, ofte nummer vier, heeft ook zijn duitje in het zakje te leggen. Een sterke jongen, harmonieus van vorm en lijnen, met een flink benenspel begaafd, gepaard aan een uithoudingsvermogen waarmee de tegenpartij altoos dient rekening te houden. Robert is een echte gentleman, te braaf om tusschen de twaalf touwen uit te komen. Maar dit belet niet, dat hij uit vijftien partijen vijf overwinningen haalde: tegen Provoost, Deconinck, Vital, Joë All en Nachtegaal; vier nederlagen boekte, tegen Wimms, Kuyl, F. Thiry en Meunier, en onbeslist werkte met Varrewaere, Verhellen, Verkeyn, Fourmeau, Lefere en Deconinck.
Voor Sinnaeve heeft hij de grote bewondering onthouden
– Zoals Alex waren er geen twee. Tot 1958 stond hij in 78 kampen, met 51 overwinningen, tot in Australië. Boksen kon ik tot de tijd gekomen was om de handschoenen aan de haak te hangen. Ik haal ze nog wel eens boven voor amusement met de kleinzoon. Als gepensioneerde, van Ebes weg, heb ik al de tijd. Vol soeveniers: toen ik 25 fr. per kamp kon verdienen, terwijl er voor de profs op tijd wel eens 2.000 à 4.000 fr. instak. Heel wat in die tijd.
DE BOKSLIEFHEBBERS RAAKTEN UITGEKEKEN
Achiel (Dupuis) Van de Putte bleef tot de laatste gong bij zijn leerlingen.
– Cochard ging het nog eens te Brussel beproeven. Hij zou uiteindelijk de sparring partner worden van de grote kampioen die Cyrille Delannoit was. Leonys probeerde het verder een paar keer, tot Parijs toe, maar de Eiffeltoren was het beste dat hem daar kon bevallen. Het was eigenlijk zo dat, eens de soldaten weg, de belangstelling aan het tanen ging. Meer dan een goede driehonderd toeschouwers konden we niet meer samenkrijgen te Knokke. En toen kostte een programma op zijn minst 40.000 fr., een bom geld in de jaren '50. We belandden in de Roxy ter Rodenbachstraat. Het zou het laatste showlokaal worden.
Voor elkeen was er wel iets te rapen geweest in de periode '45-55.
– Sinnaeve is een miljoen frank waard geweest. Toen een pint amper vijf fr. kostte. Voor een kamp in Engeland kon 100 pond opgestreken worden, in dure sterling. Voor de andere boksers was niet veel meer dan 5.000 fr. te verdienen. De uitblinkers konden hoger grijpen. Neen, te Knokke zijn er geen boksers die fortuin gemaakt hebben.
Achiel had ze in 1942 reeds al het slechte verteld: meer blauwe plekken dan blauwe bankbrieven.
Achiel heeft het ons allemaal verteld, foto's uit de tijd bij de hand
– Voor de jongens is het uiteindelijk toch een enig avontuur geweest. En enig is het zeker, want ik zie niet waar er nog ooit eens alhier een bokskampioen zal aan bod komen. In geheel ons land staat de bokssport op een laag pitje. De handschoenen hangen aan de haak.
André D'hont
Enig: Alex en Koning en Pier, Leonys, Lucien Strubbe, Emiel en Valère De Schepper, Robert Stockx en Tony Nieuwenhuyzen. Ze blijven (hier) allemaal overeind. Nimmer knock out.