Afscheidsgroet

Lieve Anny,
Beste Katrien, Fons, Piet en Wim,
Waarde familie en medelevende dorpsgenoten en vrienden,

“REPOS AILLEURS” was net als voor zijn voorbeeld Filip Marnix van Sinte-Aldegonde de lijfspreuk van je echtgenoot, jullie vader, jullie vriend. Repos allieurs... Hij zou later wel eens rusten. Later.

Nu is hem eindelijk die rust gegund; wel wat te vroeg. Want al gaf hij nooit de indruk rusteloos te zijn, toch werkte hij slag om slinger voor zijn geliefde “Heemkundige Kring St. Guthago”. voor haar Tijdingen, voor het tijdschrift “Rond de Poldertorens” en het museum “Sincfala”. En dat alles in weerwil van zijn gehypothekeerde gezondheid. Een gezondheid waarover hij nooit kloeg, tenzij dat ze hem belemmerde het blad en de kring nog meer uitstraling te geven. En “Rond de Poldertorens” kreeg die uitstraling. Als ons blad aan de Nederlandse, Vlaamse en zelfs Waalse universiteiten hoog aangeslagen wordt, is dit in de eerste plaats te danken aan zijn redactiesecretaris, Willy Theerens. Dit was zijn grote bekommernis: het optillen van “Rond de Poldertorens” tot een blad dat, hoewel het bestemd was voor heemkundigen, zijn geliefde Zwinstreek in het hele taalgebied zou bekend maken.

Hij was wars van titels en protocol, hij had een hekel aan decorum, maar hij was veel meer dan secretaris van de Heemkundige Kring van de Zwinstreek. Eigenlijk was hij tegelijk het manusje-van-al, het fac totum. Hij stond in voor het ledenbestand, de contacten met de sprekers, de schikking van de zaal, de public relations met andere kringen, die hem even lief waren.

Op de jongste vergadering van de redactie kon hij fier zeggen: “Ziezo! We hebben teksten voor de hele 37ste jaargang. Laten we starten met 1996.”

Zesendertig jaar heeft hij gewerkt voor de kring. Jaren na elkaar hebben wij bestuursleden een gul en Bourgondisch onthaal gekend vanwege zijn echtgenote. Nog vorige week belden wij haar op: “Hoe gaat het T’ “Goed,” zij ze optimistisch zoals altijd. “Hij is aan de beterhand” “Zal hij het niet wat rustiger aan moeten doen?” “Welnee! Werk is zijn leven.”

En vier dagen later begaf zijn hart het. Zijn groot, liefdevol hart. Een Frans dichter zei: “Il n’y a pas d’amour. Il n’y a que des preuves d’amour.” Willy, die grote Vlaming, die “heel-Nederlander” heeft die preuves d’amour, die bewijzen van liefde, heel kwistig om zich heen gestrooid. Liefde en trouw voor zijn echtgenote. Liefde en bekommernis voor zijn kinderen.

Liefde en toewijding voor zijn kring. Misschien hebben wij niet al zijn seinen opgevangen.

In deze Eucharistieviering willen wij de Heer danken voor zijn schoon en vruchtbaar leven. Repos ailleurs. Tot ziens, Willy, op de Eeuwige Redactieraad. We zijn u, uw vrouw en uw kinderen heel dankbaar. Tot ziens.

18 maart 1995
de hoofdredacteur

Afscheidsgroet aan Willy Theerens

Johan Ballegeer

Rond de poldertorens
1995
01
005-005
Mado Pauwels
2023-06-19 14:33:01