Verslagen en Mededelingen
1. Priesterlijke Benoemingen in de Sint-Guthagostreek 1460-1472

René De Keyser en Jozef Van den Heuvel

Op alle parochiën waren er vóór de Godsdienstoorlogen op het einde van de 16de eeuw, veel meer geestelijken dan daarna. Voor het merendeel van de kerken waren er twee pastoors en daarbij nog één of meer kapelaans. Verder was er nog een "verus" pastoor, een soort opperpastoor die ook inkomsten genoot, maar veelal niet op de parochie verbleef. Met de kapelaans was het evenzo: zeer dikwijls genoten die kapelaans de inkomsten van verschillende kapelanieën, soms in verschillende parochies. De missen die de kapela­ans voor bepaalde kapelanieën moesten lezen, deden ze in de stad of in het dorp waar ze verbleven.

Enige tijd geleden kregen we van E. H. J. Van den Heuvel een lijst met benoemingen van pastoors en kapelaans uit de Sint-Guthagostreek, gaande van 1460 tot 1469; echter zonder verwijzing naar de bron.

Iets later kregen we van E. H. Antoon Lowyck een overdruk uit "Handelingen van het Genootschap Société d'Emulation" deel 78 Jaar 1935, met het vervolg van deze benoemingen tot in 1472, alsook met de bronvermelding.

De lijst benoemingen van E.H. J. Van den Heuvel werd gepubliceerd door H. Hosdey in "Fragmenta" waarvan het laatste nummer verscheen in december 1891. E.H. P. Allossery publiceerde de rest van de benoemingen in 1935 in Soc. EM.

Zowel de door H. Hosdey gepubliceerde benoemingen, als de door Allossery uitgeven lijst, zijn afkomstig uit een benoemingsregister uit het oud archief van het bisdom Doornik, dat destijds bewaard werd in het Algemeen Rijksarchief te Brussel, en dat, volgens Allossery in 1935 in het Rijksarchief te Bergen (Mons) berustte onder Nr 197 van de afdeling "Bisdom Doornik".

Wij willen er nog even uw aandacht op trekken dat wij door meerdere van die benoemingen kunnen nagaan wie het patronaatschap van deze kerken bezat; want het patronaatschap gaf precies het recht tot die benoemingen.

We zien ook dat de vernoemden vermeld worden als clericus (klerk of geestelijke), als priester of als meester. Meestal zijn de clerici benoemd voor een kapelanie; een clericus krijgt de parochiekerk van Koolkerke, een andere die van St.-Jan-op-de-Dijk. Een meester was een gestudeerde. We vinden in de lijst "Meester in de Rechten"= Legum Doctor, en een "Meester in de Kunsten"= Magister Artium. De meesters zijn soms vernoemd als clericus, soms als priester; voor één staat uitdrukkelijk dat hij subdiaken is.

Hierna volgen de benoemingen zoals we ze kregen van E.H. Van den Heuvel volgens Fragmenta. In een tweede deeltje geven we, vanaf 28 okt. 1469, de benoemingen volgens Allossery in Soc. Em. 1935.

***

Op 11 februari 1460 werd Lodewijk le Courtois, klerk, benoemd voor de kapelanie van Boonem in de kerk van Oostkerke bij Brugge in plaats van Meester Jacob Courtois, die overgaat naar O.-L.-Vrouwaltaar in de kerk van Jurbize (Kamerijk).

Op 10 juni 1462 werd Meester Jan Goethals, priester, benoemd in de parochiekerk van Lapscheure, ipv Meester Jan Clerici, pries­ter, "in artibus magister", die overging naar de parochiekerk van Erpe, in het bisdom Kamerijk. 

Op 9 sept. 1462 kreeg Meester Jan Ondanese de eeuwige kapela­nie van St.-Elooisaltaar in de O.-L.-Vrouwkerk van Damme, ter vervanging van Meester Jan Renier. 

Op 18 juni 1461 werd Simon de Insulis (van Rijsel)(1) tot kapelaan van Oudenem (Vetus Hemma= Oude Hemme) in de kerk van Oostkerke bij Brugge benoemd ipv  Arnold de Barly (of Varly), die overging naar St.-Michiels kapel te Vicq in Artesië. 

Op 9 mei 1461 krijgt Boudewijn Spoet de kapelanie "de Requiem" in de kerk van Dudzele ipv Laurens Boudins die kapelaan werd van St.-Kruis "de choro" in St.-Salvators te Brugge.

Op 4 maart 1461 (o.s.) bekomt Zeghninus de Gourtray, klerk, de eeuwige kapelanie gesticht in het hospitaal van Sint Jan Baptist in Damme, opengevallen door het overlijden van Meester Arnold Willins. 

Op 28 december 1462, op voorstel van deken en kapittel van St.-Donaas te Brugge, bekwam Meester Gillis de Beversluus, priester, de eeuwige kapelanie van St.-Niklaasaltaar in de parochiekerk van Sint-Kruis bij Brugge, in vervanging van Jan Mijnheer, die overging naar één der twee portiën van de parochie van Dudzele, die de voormelde Gillis de Beversluus totdan bediende.

Op 20 juni 1463, op voorstel van de abt van St.-Kwintens, be­kwam Rogier de Palude, klerk, de eeuwige kapelanie gezeid "pinguis" (=vet) of Bonem in de parochiekerk van Oostkerke bij Brugge, ipv Meester de Rogiault.

Op dezelfde dag, op voorstel van dezelfde abt, bekwam Meester Pieter de Vlenke, priester "Magister in artibus", koster van Hoogmosscher (bij Kortrijk), de kapelanie van O.-L.-Vrouwaltaar in de parochiekerk van Moerkerke en verving daar Bertijn Moens, priester, die kapelaan "de Artesio" werd in St.-Donaas te Brugge.

Op 8 november 1463, op voorstel van de abt van St.-Kwintens, ging Jan, zoon van Christiaan Annoots, klerk, over naar de eeuwige kapelanie van St.-Elooisaltaar in 0.-L.-Vrouwkerk van Damme, en verving daar Meester Jan Ondanex, die koster werd van St.-Katelijnealtaar ten zuiden van het koor in St.-Donaas te Brugge, 

Op 17 december 1463 kreeg Jan Cornelis, priester van het bisdom Utrecht, op voorstel van de abt van St.-Kwintens, de parochie­kerk van Sinte-Catelijne-bij-Damme, open door dood van Meester Matthijs Hoerboort, priester.

Op 31 maart 1464, de zaterdag voor Pasen, op voorstel van de abt van Sint-Kwintens, bekwam Leo de Loyancourt, klerk (clericus v h Kamerijkse) de eeuwige kapelanie van het 0.-L.-Vrouwaltaar in de parochiekerk van Moerkerke, ipv  Meester Pieter de Vlenke.

Op 21 sept 1464, op voorstel van de abt van Sint-Kwintens, kreeg Bertinus Moen, priester, de parochiekerk van Moerkerke, open door overlijden van Olivier Brasseur, priester. 

Op 22 sept 1464, bij aanbieding van dezelfde abt van Sint-Kwintens, werd Pieter de Vos, priester, benoemd tot de eeuwige kapelanie gezegd van Utenem, ten O.-L.-Vrouwaltaar van de parochiek van Oostkerke (Brugge) ipv Simon de Lille, priester.

Op 7 maart 1464 (o.s.), op voorstel van de vicaris van de abt van Sint-Bertijns te St.-Omaars, bekwam Jacob Horneweder, priester, een der twee portiën van de parochiekerk van Lissewege, ipv Meester Reginald de Scenen, priester.

Op 13 maart 1464 (o.s.) verkreeg Joris Bladelin, priester, op aanbod van de abt van Sint-Kwintens-ten-Eilande, de parochiekerk van Moerkerke, ipv Bertijn Moens, priester.

Op 14 juni 1465, op voorstel van het kapittel van Sint-Donaas, ging Leonius, wettige zoon van Jan Rape, klerk, over tot de eeuwige kapelanie van O.-L.-Vrouwaltaar in de parochiekerk van Dudzele, opengevallen door de benoeming van Jan, fs Pieter van Calkene tot de kosterie in de parochiekerk van Meetkerke. 

Op 13 december 1465, op voorstel van Jacob van Gistel, ridder, Heer van Dudzele, Straten (St.-And. Br.) , Logneville, werd Laurens de Veste, priester, benoemd tot de eeuwige kapelanie van een zielmis in de parochiekerk van Dudzele, ipv Boudewijn Spoet, priester.

Op 14 februari 1465 (o.s.) bij aanbieding van de abt van Sint-Kwintens-ten-Eilande, werd Geraard van den Watermuelne, klerk, be­noemd tot de eeuwige kapelanie van het altaar van St. Jan Evangelist in het St.-Janshuis te Damme, ipv Zeger van Kortrijk, die overging tot de kosterie in de parochiekerk van Straten (Sint-Andries).

Op 19 februari 1465 (o.s.) bij aanbieding van de abt van Sint-Kwintens, werd Jan Bertin, priester, benoemd tot de parochiekerk, of beter tot een van de twee portiën der parochiekerk van Damme, ipv Jacob Arnoldi, overleden. 

Op 1 maart 1465, bij aanbieding van de abt van Sint-Kwintens, bekwam Pieter de Vos, priester, de eeuwige kapelanie van St.-Cornelisaltaar in de 0.-L.-Vrouwkerk van Damme, ipv Jan Bertin, die een van de twee portiën van deze kerk bekomen had. 

Op 6 sept 1466, bij aanbieding van de abt van St.-Kwintens, verkreeg Rogier de Palude, klerk, een der twee portiën van de par.kerk van Damme, ipv Jan Bertin.

Dezelfde dag, op voorstel van dezelfde abt, bekwam Meester Pieter de Vlenke, de eeuwige kapelanie gezegd "van Bonem", ten O.-L. Vrouwaltaar in de par.kerk van Oostkerke bij Brugge, ipv Rogier de Brouke.

Op 26 dec 1466, op het aanbod van de abt van Sint-Kwintens, bekwam Jan de Wadencourt, klerk, de eeuwige kapelanie van St.-Laureinsaltaar in de par.kerk van Damme, open door overlijden van Meester Jacob Cyn.

Op 9 juni 1467, op voorstel van de abt van Sint-Kwintens-ten-Eilande, bekwam Meester Jan Alaert, priester, de parochiekerk van Lapscheure, ipv Meester Jan Goethals, die overging tot de eeuwige kapelanie in het hospitaal der melaatsen en van St.-Elooisaltaar in de Sinte-Pharildiskerk (Ste Veerle) te Gent, alsook tot de kos­terie van de kerk in Diksmuide. 

Op 19 sept 1467, op het aanbod van de abt van Sint-Kwintens-ten-Eilande, werd Jan Hacke benoemd tot de eeuwige kapelanie van het altaar ...(sic) in de par.kerk van Damme, ipv Jan Wadencourt.

Op 5 feb 1467 (o.s.), op voorstel van de abt van St.-Kwintens-ten-Eilande, verkreeg Jan van Overberch, klerk, een der twee portiën in de par.kerk van Damme, bij overlijden van Meester Jan Cryn.

Op 5 maart 1467 (o.s.) op aanbod van de abt van St.-Kwintens-ten-Eilande, bekwam Meester Innocentius de Crecy, priester, een der twee portiën van de par.kerk in Damme, ipv Meester Jan Cryn overl. 

Op 13 april 1467 (o.s.), op aanbod Van de abt van St.-Kwintens-ten-Eilande, werd Pieter Zoetaert, klerk, tot de eeuwige kapelanie van bet 0.-L.-Vrouwaltaar in Damme benoemd, en verving aldaar Mees­ter Pieter Vlenke. 

Op 26 mei 1468, aanbod van de abt van Sint-Kwintens-ten-Eilande, Jacob de Vos, priester, werd benoemd tot de eeuwige kapelanie in de 0.-L.-Vrouwkerk van Damme, open door overlijden van Corn. de Vos.

Op 7 juni 1469, op voorstel van de abt van Sint-Kwintens-ten-Eilande, werd Jacob Blockiel, klerk, benoemd tot de eeuwige kapela­nie in de par.kerk van Oostkerke, gezegd "van Bonem", ipv Meester Pieter de Vlenke.

Op 13 juni 1469, op voorstel van de abt van Sint-Kwintens-ten-Eilande, bekwam Meester Jan le Senne, klerk, de eeuwige kapelanie van St.-Kruisaltaar, buiten bet koor, in de kerk van Damme, opengevallen door het overlijden van Anthoon Diedericx.

  • (1) Op 22 sept 1464 vernoemd als Simon de Lille.

***

Op 28 okt 1469, op voorstel van Pieter De Vlenke, in zijn hoedanigheid van "vicarius" van de abt van St.-Kwintens-ten-Eilande in Vermandois, krijgt meester Joannes Artuti, priester, de kapela­nie van 0.-L.-Vrouw in de parochiale kerk van Moerkerke, vrij door verzaken vanwege Leo de Loyancourt, die verwisselt voor de scolasteria van Kortrijk.

Op 26 januari 1470 (n.s.), op voorstel van de deken en het kapittel van Sint-Donaas, verkrijgt Willermus fs Christiani Vander Sleke, clericus, de parochiale kerk van St.-Jan-op-de-Dijk, vrij gekomen door verzaken vanwege Dionysius Vander Maerct.

Op 12 febr 1470 (n.s.), op voorstel van de abt van Sint-Kwintens-ten-Eilande in Vermandois, verkrijgt Joannes Le Bateur, pries­ter, de "veterum seu magnum" kapelanie in de kapel van O.-L.-Vrouw te Damme, vrij door verzaken vanwege Meester Franciscus Cressander, die verwisselt voor de kapelanie van St.-Jorisaltaar in Utrecht.

Op 2 maart 1470 (n.s.), op voorstel van de abt van Sint-Kwintens-ten-Eilande, verkrijgt meester Pieter De Vlenke, priester, de tweede portie der parochiale kerk van Damme, vrij door verzaken van Rogier De Brouckere, priester.

Op 16 maart 1470 (n.s.), geeft de bisschop van Doornik aan meester Petrus de Ligno, priester, de parochiekerk van St.-Jan-op-de-Dijk, vrijgekomen door verzaken vanwege meester Joannes Artuti.

Op 25 maart 1470 (n.s.), op voorstel van de proost van 0.-L.Vrouwkerk te Brugge, verkrijgt Petrus Semmedi, clericus, de parochi­ale kerk van Koolkerke, vrij door verzaken van Joannes de Overberch. 

Op 4 april 1470 (n.s.) verkrijgt Gossimus Van Rackelbosch, priester, de kapelanie van het H. Kruis in de par. kerk van Oostkerke, vrij gekomen door verzaken vanwege Joannes van Overberch, die verwisselt voor de kapelanie van O.-L.-Vrouw "ad martires" in de abdijkerk van Cysoing. 

Op 3 mei 1470, op voorstel van Meester Pieter De Vlenke, in zijn hoedanigheid van "vicarius" van de abt van St.-Kwintens-ten-Eilande, verkrijgt Adraan Mudde de eeuwige kapelanie van St. Laurentius in de par. kerk van Damme, vrijgekomen door verzaken vanwege Joannes Herreke, priester, die overgaat naar de par. Kerk van Zande van waar Mudde komt.

Op 22 juni 1470, op voorstel van de abdij St.-Kwintens-ten-Eilande, verkrijgt Gerardus fs Joannes, priester, de parochiale kerk van Hoeke, vrijgekomen door verzaken vanwege Niklaas fs Wilboldi, die verwisselt voor de eeuwige kapelanie van O.-L.-Vrouw in het hospitaal van Middelburg.

Op 29 nov 1470, op voorstel van het kapittel van St.-Donaas te Brugge, de deken afwezig zijnde, verkrijgt Abraham Adaems (Haddaens) priester, de parochiale kerk van St.-Jan-op-de-Dijk, vrijgekomen door afsterven van Guill. Van der Sleke. 

Op 17 jan 1471 (n.s.), op voorstel van het kapittel van St.Donaas, verkrijgt Passcharius Busquet, clericus, de tweede portie van de par.kerk van Uitkerke, vrijgekomen door afsterven van mees­ter Judocus Van der Sleke.

Op 8 maart 1471 (n.s.), op voorstel van de abt van de Eekhoute te Brugge, verkrijgt Isidorus Daniels, clericus, de eeuwige kapel­anie van het 0.-L.-Vrouwaltaar in de par. kerk van Meetkerke.

Op 13 juni 1471, op voorstel van de abt van de Eekhoute, verkrijgt Niklaas Dibbout, clericus, de eeuwige kapelanie van de 0.-L.-Vrouwaltaar te Meetkerke in vervanging van Isidoor Daniele.

Op 10 juni 1471, op voorstel van deken en kapittel van St.-Donaas, verkrijgt meester Firmin Carpentier de kapelanie van St.-Jorisaltaar in het hospitaal van "Scarphout alias Blanckenberghe".

Op 21 juni 1471, op voorstel van deken en kapittel van St.-Donaas, verkrijgt Zwederius de Mercatte, priester, de tweede portie van de parochiale kerk van Uitkerke na verzaken van Pascharius Busquets die verwisselt voor de kosterie van Aspelare in ‘t bisdom Kamerijk.

Op 6 oogst 1471, op voorstel van deken en kapittel van St.-Donaas Br. verkrijgt Reginardus Ardebout, priester, de kapelanie van het altaar van de H. Petrus in de par. kerk van Dudzele, vrijgekomen door verzaken vanwege Lucas de Via.

Op 28 oogst 1471, op voorstel van meester Pieter De Vlenke, in zijn hoedanigheid van vicarius van de abt van St.-Kwintens-ten-Eilande, verkrijgt meester Jacobus Quarnoet de parochiale kerk van Damme, vrijgekomen door verzaken vanwege Godefridus Gheetwaere, die verwisselt voor de custodia in de kapel of het altaar van Sint Jan in de 0.-L.-Vrouwkerk in Brugge. 

Op 27 sept 1471, op voorstel van meester Pieter De Vlenke, in zijn hoedanigheid van vicarius van de abt van St.-Kwintens-ten-Eilande, verkrijgt Arnoldus Helle, priester, de tweede portie der parochiale kerk van Damme, vrijgekomen door verzaken van Meester Theodoricus Noppe, die verwisselt "ad capellaniam misse animarum" gesticht aan het hoogaltaar der par. kerk van Sint-Salvators Brugge.

Op 20 februari 1472 (n.s.), op voorstel van de Heer van Dudzele, verkrijgt Gerardus Daudrigues, clericus, de kapelanie ter eer van O.-L.-Vrouw en het H. Kruis gesticht "in capella castri de Dudzeele" vrijgekomen door verzaken vanwege Joannes Doubs, die verwisselt voor de parochiale kerk van Elwonsdick "in territorie Bersake" bisdom Utrecht.

Op 20 februari 1472 (n.s.), op voorstel van de abt der St.-Baafsabdij in Gent, verkrijgt Thomas Albi, clericus, de kapelanie van het altaar der H. Maria Magdalena in de parochiale kerk van Baingnarskercke (in Aardenburgambacht, ook Coxyde geheten), vrijgekomen door verzaken vanwege Joannes Bouchier die wisselt voor de custodia der parochiale kerk van St.-Andries bij Brugge.

Verslagen en Mededelingen: 1. Priesterlijke Benoemingen in de Sint-Guthagostreek 1460-1472

René De Keyser en Jozef Van den Heuvel

Rond de poldertorens
1983
01
039-045
Els Van Broeck - Chantal Dhondt
2023-06-19 14:40:26