Het beeld van Tijl en Nele geeft zijn geheimen prijs

Frieda Devinck

2014-12-04 162411Hoe kwam dit kunstwerk in Knokke terecht?

Op het kleine maar gezellige Keuvelhoekplein aan het einde van. de Helmweg en de Charles de Costerlaan, staat het nostalgische beeld ‘Tijl en Nele’. Het kunstwerk, ingekapseld in een beukenhaag, is een ode aan Charles de Coster (1827-1878), auteur van het schitterende boek ‘De Legende van Tijl Uilenspiegel’. Dit prachtig stuk poëtisch-proza werd in 1867 geschreven in het Frans en is wereldlitteratuur geworden.

Op aanvraag van de ‘Cie du Zoute’ werd in 1935, als huldeblijk aan de Coster, een straat naar hem genoemd. Onder impuls van de heer Delloye, een inwoner van het Zoute, kon het gemeentebestuur in 1952 het unieke beeld aankopen voor de symbolische prijs van 50.000 Bef. En vanzelfsprekend was de beste plaats voor ‘Tiji en Nele’ op het Keuvelhoekplein, aan de Charles de Costerlaan.

Knokke-Heist mag terecht trots zijn dat ze de bezitter is van een kunstwerk dat vele prijzen heeft gewonnen en tevens het echte originele stuk was voor het bronzen afgietsel van het monumentale ‘Charles de Costermonument’ in Elsene.

Wat maakt dit beeld zo uniek?

Tijl en Nele zijn gebeiteld uit een monolithisch blok wit Carrara marmer door de Belgische beeldhouwer Charles Samuel (1862-1938) en is 2 meter breed op 2,30 meter hoog. Hij was een veelbelovend beeldhouwer die al verschillende prijzen had gewonnen, toen hij kennis maakte met de roman ‘Tijl Uilenspiegel’. Zeer gefascineerd door dit verhalend epos en vol bewondering voor de Coster wilde hij een beeld houwen als hulde aan de auteur. Voor het concept van zijn werk had hij een geniaal idee! Hij zou de aandacht niet op de schrijver zelf vestigen maar wel op de fictieve hoofdpersonen van het litterair meesterwerk namelijk Tijl en Nele.

Het koppel is verbazend goed en gedetailleerd weergegeven. Tijl, rechtopzittend, staart voor zich uit en lijkt even verloren in een moment vol melancholie. In een intiem gebaar legt hij zijn hand op Neles knie. Een zwaard rust aan zijn zijde en op zijn borst draagt hij in een zakje de as van zijn vader Klaas die op de brandstapel de dood vond. Zijn geliefde, de mooie Nele, neemt Tiji bij de schouders en buigt zich liefdevol naar hem toe in een poging hem te troosten. Zij is gekleed als Vlaamse boerenvrouw met kapmantel en muts. Het tafereel, eerder dromerig dan heroïsch, leunt dicht aan bij een bepaalde passage uit het boek (hoofdstuk 31).

 

2014-12-04 162451Met dit wit marmeren beeld nam de kunstenaar Samuel deel aan het ‘Salon van Brussel’ in 1890 en maakte hij grote indruk op de jury.

Vijftien jaar na de dood van auteur de Coster, wilden enkele Belgische schrijvers een groot huldemonument voor hem oprichten in Elsene. Ze vroegen Samuel om van zijn marmeren beeld een bronzen afgietsel te maken en het als centrale groep voor het huldemonument te gebruiken. Het uiteindelijke, afgewerkte gedenkteken is groots en indrukwekkend en staat op een unieke locatie aan de vijvers van Elsene waar het op 22 juli 1894 werd ingehuldigd.

Het ‘Tiji en Nele’ beeld heeft op verschillende tentoonstellingen groot succes geoogst onder meer in Brussel, Antwerpen, Dresden, Parijs, München en St. Louis. Het behaalde meerdere prijzen en ook gouden en zilveren medailles.

Wie is Tijl en wat symboliseert hij?

“Te Damme, toen de meimaand de bloesems aan de hagendoorns opende, werd Uilenspiegel, de zoon van Klaas geboren. Zo begon Charles de Coster zijn meesterlijk verhaal. Hij ontieende zijn Tijl aan een oude
Nederduitse legende uit 1500. In zijn pennenvrucht evolueerde Tijl van platvloerse schelm tot vrijheidsheld onder het harde Spaanse juk en stond hij symbool voor de Vlaamse volksziel. Tijl werd tot ‘de geest’ en Nele tot ‘het hart’ van Vlaanderen verheven.

Toen het boek in 1867 verscheen, viel het hoegenaamd niet in de smaak bij Belgische conformistische kringen, het werd genegeerd en de Coster kreeg zelfs zeer harde en scherpe kritiek. Pas na zijn dood groeide de roman uit tot een meesterwerk van de wereldliteratuur. Ondertussen heeft hij met zijn ‘Legende van Tijl Uilenspiegel’ over de hele wereld en in verschillende talen weerwraak genomen. Het werd in de jaren 1970 zelfs verfilmd en enkele opnamen gebeurden in Knokke in de duinen, dichtbij Het Zwin.

2014-12-04 162504Het geheim van de mooie Nele ontsluierd

De figuur Nele is mooi en wat vooral opvalt, is haar fijnbesneden gezicht. Wie is toch die vrouw achter dat mooie gezichtje?

Haar identiteit werd achterhaald en toeval of niet in werkelijkheid heet ze ook Nele. Cornelia (Neeltje) Doff werd geboren in 1858 in Nederlands Limburg in een familie van negen kinderen. Haar vader, een echte dronkenlap, sleurde zijn gezin steeds dieper de armoede in. Ze verhuisden keer op keer en kwamen uiteindelijk in Brussel wonen. Heel jong werd Neeltje door haar moeder de prostitutie ingedreven. Zé verdiende ze geld om haar vele broertjes en zusjes te kunnen voeden en te laten overleven. Vastbesloten om zich te onttrekken aan een leven in lompen en armoede, wordt Neel schildersmodel voor een aantal Belgische kunstenaars zoals James Ensor en Félicien Rops. Ze poseerde voor Rops onder meer voor zijn ets ‘Ma file, Mafihle, monsieur Cabanel' Ets van Felicien Rops.

Monsieur Cabane waarop een oude lelijke vrouw een naakt jong meisje aanbiedt aan een klant. Neel stond ook model voor beeldhouwers als Paul de Vigne en Charles Samuel.

Van prostituee tot schrijfster

In 1880 verliet Neel haar familie. In de wereld van kunstenaars werkte ze van dan af onder de schuilnaam ‘Emilie’. Bij haar artistieke vrienden ontmoette ze een rijke vrijgezel met anarchistische sympathieën: Fernand Brouez. Net als professor Higgins uit ‘Pygmalion’ van Bernard Shaw, vond hij dat zijn beschermelinge dringend een goede opleiding moest krijgen. Ze yolgde lessen van dictie en expressie aan het conservatorium en leerde ook vlot Frans spreken en schrijven. Ze huwde Brouez en na zijn dood in 1900 bleef ze achter als rijke weduwe en ‘vrouw van de wereld’. Een jaar later huwde ze Georges Serigiers, een vooraanstaand Antwerps advocaat en briljant pleiter.

In 1909 begon ze onverwachts te schrijven. Ze deed dit in het Frans dat ze perfect beheerste. In haar eerst boek ‘Jours de famine et de détresse’ (Dagen van honger en ellende) stortte ze haar hart en ziel uit. De Belgen zaten verveeld met haar rauwe en gedurfde proza. De Fransen echter bleken enthousiast en het scheelde niets of ze kreeg de ‘Goncourtprijs’ voor haar debuut. Neels herinneringen waren pijnlijk en schokkend, ze uitschrijven was een bevrijding. Later volgden nog twee autobiografische verhalen: ‘Keetje’ en ‘Keetje Trottin’ die samen met haar eerste boek een trilogie vormden. Critici vergeleken haar werk met dat van Emile Zola maar zij reageerde: “Hij schreef er over maar ik heb het écht beleefd!” Ze werd de Dostojewski van het noorden genoemd en velen vonden dat ze zelfs de schrijfster Colette overtrof. Neel vertaalde ook Nederlandse werken in het Frans o.a. van Louis Couperus, Multatuli en Felix Timmermans.

Haar leven werd verfilmd

Haar naam Neel Doff zegt de meeste mensen niets, maar de film ‘Keetje Tippel’ uit 1975, van Paul Verhoeven is nog altijd een begrip. De film schetst het leven van een jong meisje dat uit armoede in de prostitutie verzeilde en later een deftige, rijke dame werd. Het was voor die tijd een zeer controversiële film waarin veel blote borsten en billen te zien waren, met Monique van de Ven in de rol van ‘Keetje Tippel’. Het verhaal van Neeltje Doff blijft boeien en tot de verbeelding spreken. Van nu af aan zullen we ‘Nele’ ons eigen Keetje Tippel op het Keuvelhoekplein zeer zeker met andere ogen bekijken: nieuwsgierig, meelevend, bewonderend...

Aan u de keuze!

2014-12-04 162539

Het beeld van Tijl en Nele geeft zijn geheimen prijs

Frieda Devinck

Cnocke is Hier
2009
46b
039-043
2023-06-19 14:44:32