KORTE VERSLAGEN - 1963-02

1.   Knokke   - 24 februari 1963

Meer dan een maand werd deze vergadering uitgesteld ter wille van het aanhoudend sneeuw- en vriesweer. En zelfs nu op ‘t einde van februari waren we er niet beter aan toe: onbruikbare en gevaarlijke wegen, bittere koude. Toch waren er een 50 tal Leden samen bij de Eerw. Broeders te Knokke om Br. Gaëtan te horen spreken over Zeemeerminnen en Zeeridders.

Het werd een stoet van Meerminnen en Meermannen: die van Oostende, van Wenduine, van Nieuwpoort, van Knokke. We vertellen de legende van die van Damme.

“ Het was al een hele tijd dat een meerminne met een heel schoon jong kwam in t Zwin gezwommen tot tegen Damme. Heren uit Brugge kwamen om op dat schoon jong te jagen (Dat gebeurt nog grinnikten een paar spuiters uit ‘t publiek). Als ze wilden schieten smeekte de meermin, dat ze toch haar jong niet zouden doden. Maar die heren van Brugge wilden niet luisteren. Ze troffen het jong, haalden het uit het water en deden het mee. Maar het stierf allicht. De meerminne was vroedkwaad en zij voorspelde dat ze nooit meer naar Damme zou terugkeren. Maar als zij niet terugkwam, dan zou de zee ook niet blijven: het Zwin zou uitdrogen en Damme zou een klein dorp worden en Brugge een dode stad. En ‘t is gebeurd! ‘t is daarom dat die meerminne nog altijd boven op de molen zit.” Maar voor wie goed toekijkt is het een Zeemeerman!

Voor de vroegere zeevaarders bestonden er slechts vissen in de zee. Vandaar dat zij het voor onmogelijk hielden dat er ook zoogdieren in zouden voorkomen. Die zeelieden hadden slechte verrekijkers en een goede fantazie. Bij de wijfjes van het zeekoeiengeslacht liggen de melkklieren nog al hoog op de borst. Als zij hun jongen zogen, richten zij het lijf op. Men ziet hoe ze hun zuigelingen met hun zwemvinnen omvatten, omtrent zoals een vrouw haar kind in de armen houdt. Zij eten wieren. Dat zeegras werd voor het lange groene haar van de zeejuffers gehouden.

Toen de zeevaarders van verre deze dieren zagen een dergelijke houding aannemen, dachten zij aan vrouwelijke wezens. Het gesnurk dat gepaard ging met het vol en leegpompen van hun enorme longen, gaf aanleiding om van zingen te spreken.

Spreker toonde een hele reeks dia’s, meestal uit ons eigen streek; en alle door de talentvolle fotograaf, Broeder Filip, tot iets echt genietbaars gemaakt. Vooral was er een rijke kollektie van Blauwe Wand-tegeltjes, waarop Br. Gaëtan de vele attributen en varianten van de Zeemeerminnen en de Zeemeermannen kon aanwijzen en uitleggen.

Johan Ballegeer

2.    Lissewege   -   31 maart 1963

“ Op een heiligen zundag gezeid ...” En zo zaten we meteen in de stemming. En de wind huilde een beetje melankoliek rond de stoere toren van Lissewege. ‘t Was alsof we midden in deze tijd van voordrachten over en in ABN, nu eens weer dat oude sappige westvlaams van grootvader en grootmoeder bij de oude kachel hoorden.

Huize Saeftinghe waar de Kring deze keer bijeenkwam, was een beetje te klein voor de vele luisteraars, die van de haast gefluisterde voordracht van Meester Stalpaert geen woord verloren. Met een prachtig gefingeerde overtuiging speelde hij meer een romanstoneel van de oude west-vlaming, die nog gelooft in de macht van heksen, toveraars en duitse schapers, dan dat hij een voordracht gaf over bijgeloof. ‘t Beste middel om zelf tovenaar te worden gaf hij onmiddellijk. Wij zullen het niet proberen, maar voor de liefhebbers:. “ Ge gaat ‘s nachts op een kruisweg gaan staan ten twaalven, met een zwarte henne onder jen arm. Let op: ge moet in staat van gratie zijn! De prins van de duusternisse zal komen en je op maagdelijk perkament een kontrakt aanbieden”.

Dhr. Stalpaert vleide zijn publiek niet met te beginnen zeggen dat hij bijzonder graag naar Lissewege was gekomen, zoals veel sprekers doen. Integendeel. Ik heb lang geaarzeld om naar Lissewege te komen, zei hij, want Lissewege is altijd een vuil gat geweest. “ ‘t Moet hier op een boerenhof een bazinne gewoond hebben, die heel bijzonder kon toveren. ‘k Zal geen namen noemen. Maar daar was een boer die er op gelet had, hoe dat zijn peerden iedere nuchtend afgereden uit de bilk kwamen. Op een vroege morgen zag hij hoe ze rondrotsten achter een vreemde merrie. Hij kon ze vangen, breidelde ze met een averechtse knoop (ja met een averechtsen!) en ging er direkt mee naar de smid om ze te laten beslaan. S’ Anderendaags lag die boerinne met handen en voeten beslagen in heur bedde. Echt te Lissewege gebeurd! “

Hoe het kwaad te kere gegaan werd door overlezen van paters en pasters, vormde een halfuurtje pret op zichzelf. Of dat nu nog zal gaan met die pastoors in clergyman, betwijfelde de spreker sterk. Wij zullen hier niet uitwijden over de tientallen anekdoten die werden aangehaald over St-Jansevangelie en ‘t Gebed van Keizer Karel, doch besluiten met de raad die de humorrijke folklorist de aanwezigen gaf: tegen heksen en toveraars is er niets beter dan te gaan slapen met een padde in je rechterhand. Proberen!

Johan Ballegeer

++++++++++++

5.  Dudzele -   26 mei 1963

Bezoek aan de puinen van het Reuzenkasteel. Dit was de monumentale westbouw van de imposante romaanse kerk uit de twaalde eeuw, die in de ongeluksjaren van de XVIe eeuw te loor ging. Binnen in de kerk, die dateert van 1718, liet Br. Gaëtan ons de bouwtrant bezien, de preekstoel van 1651 en de fraaie biechtstoelen van de 18e eeuw. Hij vertelde over de Ommegang van St Lenaart en de vele specialiteiten van deze volksheilige. Dhr. H. De Necker bracht ons in de sakristie waar we goudbrokaat bewonderden en een schone monstrans van l628, verder een kruis van fijn gesneden zilver uit 1628 en een ander van rond 1750. Vandaar naar Werdeswalle, het enig voorbeeld van een terp, die van uit de verste tijden tot nu bewoond is geweest: hoera voor die mooie herstelling! Een degelijke uitleg en bespreking volgde bij Stapelvoorde, kruispunt van water- en landwegen tussen Brugge en het Noorden. De wandeling eindigde bij het echte Schottenkasteel en het hof Per Alta.

Weer eens zeer leerzaam; dank zij Rene De Keyser en Maurits Coornaert!

KORTE VERSLAGEN - 1963-02: Knokke - Lissewege - Dudzele

Meerdere

Rond de Poldertorens
1963
02
076-077
Achiel Calus
2023-06-19 14:44:32