Chronologie - Parmentier

Oü sont les neiges d'antan ...

1854: ° Paul te Elsene op 19 september.

1857: ° Maria van Loo te Gent op 3 september.

1878: Th. van Rysselberghe ontdekt Knokke.

1882: 4 nov. Huwelijk van Paul met Maria van Loo te Gent.

1883: ° Jean op 25 oktober te Elsene.

1884: ° Robert

1885: ° Fritz 

1888: ° Pierre.

Paul Parmentier komt naar Knokke wonen.

1890: Paul Parmentier wordt gemeenteraadslid te Knokke.

Richt de Sint-Sebastiaansgilde weer op.

1891: Paul Parmentier wordt schepen.

1894: ° Suzanne te Elsene.

1895: Verwee sterft.

de Saedelaar komt naar Lissewege.

1900: ° Suzanne Rycx te Brussel op 6 juli.

1902: Overlijden van Paul Parmentier.

1905: De kunstenaarskolonie te Sint-Anna ter Muiden kent zijn hoogste bloei.

Jean Parmentier houdt zijn eerste succesrijke tentoonstelling.

1925: Huwelijk van Jean Parmentier met Suzanne Rycx.

1929: Zij komen naar Oostkerke wonen.

1932: Overlijden van Suzanne Rycx.

1937: Nieuw atelier op Monnikerede.

1938: Tentoonstelling bij Manteau te Brussel.

1942: Tentoonstelling in de zaal Roma te Knokke.

1958: Tentoonstelling Yves Parmentier te Gent.

1966: Tentoonstelling in de Koninklijke Villa te Knokke.

1973: Jean Parmentier sterft op 3 april te Oostkerke.

Wie is wie?

De biografische flitsen over bekende en minder bekende kunstenaars die wij terloops vermeldden, hebben we hier gegroepeerd, liever dan de tekst te ontsieren met cijfertjes en noten.

• Louis ARTAN DE SAINT MARTIN (De Haag 1837-Nieuwpoort 1890).
  Meestal kortweg Artan genoemd. Impressionist. Een van de eerste grote marineschilders.
• Louis BARETTA (Elsene 1866-Veurne 1928).
  Expressionist met sterk religieuze inslag. De meeste van zijn werken hangen in het Baretta-museum te Veurne.
• Paul BAUM (Meiszen 1859- ?).
  Aanvankelijk porseleinschilder. Onder invloed van van Rysselberghe te Knokke impressionist. Werk in de Kgl. Gemaidegalerie te Dresden.
• Pierre BAYAUX (Brussel 1884-Knokke 1946).
  Studeerde bij Blanc-Garin en aan het atelier Libre te Parijs. Woonde van 1908 tot 1944 te Oostkerke waar hij veel schilderde. Nadien aan de Gravejansdijk.
• Geo BERNIER (Namen 1862-Brussel 1918).
  Dieren-, landsschap- en portrettenschilder. Leerling van Verwee. Hij schilderde wel diens onderwerpen, maar niet met dezelfde bezieling.
• Frans BINJE (Luik 1835-Schaarbeek 1900).
  Dieren- en landschapschilder die veel langs de Vlaamse kust werkte.
• Ernest BLANC-GARIN (Giver, Fr. 1843- 1916).
  Lln. van Cabanel en Portaels. Exposeerde te Parijs en in het “Salon” sinds 1868. Franse school. Had een befaamd atelier te Brussel.
• Isidoor BOEREWAARD (Dendermonde 1893-1972).
  Studeerde aan de Akademie van zijn geboortestad. Vestigde zich in 1929 aan de kust. Stelde ten toon in Berlijn, Braunschweig en Keulen.
• Marie COLAERT (Brussel 1848-1911).
  Landschap- en dierenschilder. Leerlinge van Verwee en Arthur Stevens. Medestichteres van de “Société libre de Beaux-Arts”. Werk in de musea te Antwerpen en Brussel.
• Leonce CHABRY (Bordeaux 1832-1883).
  Uitmuntend frans schilder. Werkte te Bordeaux, Troyon, Parijs en het bekende Bar­bizon. Volgens Bénézit ook te Brugge. Zal wel Knokke bedoelen. Zijn werk werd al heel vroeg artistiek als financieel zeer hoog aangeslagen.
• Franz COURTENS (Dendermonde 1854-Brussel 1943).
  Studeerde aan de Akademie van zijn geboortestad. Schilderde veel in Nederland langs de Schelde en de Dender, Hij kwam met de eersten naar Knokke, doch bleef er niet lang. Bijna alle musea in het land hebben van zijn werken.
• Jean A.E. CLAESSENS (Antwerpen 1879- ?).
  Landschap- en marineschilder. Graveur en aquarellist.
• Leon DARDENNE (Brussel 1865-1912).
  Medewerker aan het satirisch blad „Le diable au Corps". Werk in de verzameling Berqueman te Knokke en het museum te Tervuren.
• René DE PAUW (Pittem 1886-Brussel 1946).
  Studies te Brugge waar hij woonde in de Katelijnestraat. Vanaf 1930 bracht hij zijn vakanties te Zeebrugge en te Heist door. Ging te Heist wonen in 1938. In 1943 door de bezetter verplicht Heist te verlaten. Talrijke vissers en visserstaferelen. Zijn meest bekende werk is wel het decoratief-figuratief fresco in de grote wachtzaal van het station te Brugge.
• Valerius de SAEDELEER (Aalst 1867-Lepegem 1941).
  Leerling aan de Academie te Aalst en te Gent en van Courtens. Sloot al vroeg aan bij de Latemse school. Ook bij hem is de menselijke figuur afwezig in zijn werk. Werk in diverse verzamelingen en musea.
• Johann Georg DREYDORFF (Leipzig 1873-Krefeld 1935).
  Pointillist onder invloed van Baum. Werkte te Knokke, Sint-Anna ter Muiden en Pontresina. Landschappen en interieurs.
• Henri EVENEPOEL (1872-1899).
  De Vlaamse schilder van de „Belle époque". Minder sarcastisch maar minstens zo ge­voelig en volmaakt als Toulouse-Lautrec. Het bekendst is wel zijn „Henriette met de grote hoed". Leerling van o.a. Blanc-Garin.
• Georges FREDERIC (Schaarbeek 1900- ?).
  Voor alles schilder van de zee. Illustrator en decorateur naar eigen mening. Schilder­de een mooie „Kermis te Lissewege". Zoon van Léon.
• Baron Léon FREDERIC (Brussel 1865-Schaarbeek 1940).
  Leerling van de Academie te Brussel en het Atelier Portaels. Werkte veel te Heist. Werk in de musea van Antwerpen, Brussel, Gent, e.a.
• Baron Louis GENDEBIEN (Brussel 1882- ?).
  Studeerde aan het atelier Blanc-Garin. Woonde sedert 1922 te Westkapelle. Secreta­ris van de „Société Royale de Beaux-Arts". Stelde ten toon in Buenos-Aires en Madrid.
• André GIDE (Parijs 1869-1951).
  Frans schrijver. Een der meest gecompliceerde figuren uit de moderne Franse literatuur. Nobelprijs 1948. Verbleef al heel vroeg te Knokke en te Sint-Anna ter Muiden.
• Charles HERMANS (Brussel 1839- ?).
  Lln, van Navez. Portret- en genreschilder. Verbleef te Rome, Reeds in 1891 werden de hoogste prijzen voor zijn werken betaald, Werk in de musea van Dendermonde, Namen, Budapest, en Philadelphia.
• Georges LEBRUN (Gent 1894- ?).
  Studeerde aan de Akademie te Gent bij Jean Delvin en Georges Minne, Werkte in Engeland, Parijs, Oostende en Knokke. Werk in het museum te Grenoble. Stelde vele malen ten toon in het buitenland,
• Adrien LEMAYEUR DE MERPRES (Brussel 1844- ?).
  Landschap en marineschilder. Debuteerde te Brussel in 1870 waar hij veelvuldig tentoonstelde. Nam eveneens deel aan het Salon des Artistes Franpais te Parijs en kreeg er twee bronzen medailles (1889) en in 1900 (Wereldtentoonstelling). Alsook een gouden medaille te München in 1891. Opmerkelijk marineschilder, die met veel ge­voel de grootheid van de oceaan wist weer te geven. Met hem reisde Jean Parmentier naar Mexico. Werd matroos. Immigreerde onder invloed van Gauguin naar Bali en trouwde er met een Balinese danseres. Leefde er zeer weelderig in een sfeer van re­cepties en party's. Zijn werk wordt vooral in Amerika zeer hoog aangeslagen.
• Camille PISARO (Saint-Thomas op de Antillen 1830-Parijs 1903).
  Schilderde vooral het landschap in de omgeving van Parijs. Kende grote miserie. Wan­neer het hem wat beter gaat komt hij verscheidene malen naar Knokke. Een impres­sionistisch werk met het oude kerkje van Knokke hangt in het Louvre te Parijs.
• Albert RATY (Bouillon 1889-1970).
  De doofstomme Raty werd sterk beïnvloed door Cézanne. Schilderde vooral Ardense landschappen. In 1962 schonk hij al zijn doeken aan het Musée Ducal van zijn ge­boortestad. In 1977 wijdde G. Gilquin een monografie aan hem.
• Felicien ROPS (1833-1989).
  Leerling van de Akademie te Namen en St.-Lucas te Brussel. Soms wat decadente genrestukken met vaak pornografische reminiscenties, figuren en landschappen. Werkte veel te Blankenberge, Heist en Knokke.
• Willy SCHLOBACH (Brussel 1864- ?).
  Landschap- en stilleven schilder. Leerling van de Academie te Brussel. Een van de medestichters van de „Cercle des XX" te Knokke.
• Albert SETOLA (Vlissingen 1916- ?).
  Uit een Vlaams-ltaliaanse familie. Studeerde aan de „Staatlichte Kunstadademie" te Dusseldorf. Professor aan de Akademie te Brugge.
• Michel SEUPHOR (Antwerpen 1901- ?).
  Pseudoniem van Fernand Berckelaers. Schilder, dichter, essayist. Woont in Parijs. Publiceert in het Frans.
• Otto SOHN-RETHEL (Düsseldorf 1877- ?).
  Uit een bekende kunstenaarsfamilie. Studeerde in Düsseldorf, Parijs en Rome. In het museum te Wuppertal worden o.a. zijn „Zeeuwse boeren" bewaard. Trok met Jean Parmentier naar Parijs.
• Alfred STEVENS (1823-1906).
  Oogstte niet alleen te Brussel, maar ook te Parijs de hoogste roem, waar hij zelfs Napoleon III choqueerde met een van zijn werken. Bekend: Dame in het geel, Dame in het roze, Dame in het blauwe, etc. ...
• Florimond VAN CAILLIE
  Schilderde o.a. „Weg in het houtrijke duin te Knokke",
• Willem VAN HECKE (Blankenberge 1893- ?).
  Autodidact. Schilderijen van meestal klein formaat, die zeer weinig tentoongesteld werden en vurige aanhangers kennen.
• Theo VAN RYSSELBERGHE (Gent 1862-F rankrijk 1926).
  Leerling van Canneel en Portaels. Zeer goed bevriend met Emile Verhaeren met wie hij naar Parijs gaat, waar Seurat hem het pointillisme bijbrengt. Verscheidene werken over Knokke. Werk verspreid in de meest Belgische musea.
• Emile VERHAEREN (St-Amands aan de Schelde 1855-Rouaan 1916).
  Begraven aan de oever van de Schelde in zijn geboortedorp. Beschrijft in een zeer eigen Frans “Toute la Flandre”.
• Alfred VERWEE (St-Joost-ten-Node 1838-Brussel 1895).
  Uit een Kortrijkse familie. Zijn vader schilderde reeds. Alfred schildert te Knokke een welig Vlaanderen met vette weidegronden, waarop gezond en stevig vee graast. Leermeester en vriend van Paul Parmentier en onrechtstreeks van Jean Parmentier.

Bronnen

• E. Bénézit, Dictionaire de peintres, sculpteurs, dessinateurs et graveurs.
• E. De Seyn, Dictionaire biographique des Sciences, des lettres et des arts.
• G. Devent, Kunstschilders te Heist en te Knokke, Rond de Poldertorens, september 1975.
• Paul Haesaerts, Sint-Martens-Latem, Arcade 1965.
• Thieme-Becker, Allgemeines Lexikon der Bildenden Kunstler. 36 dln. 1907-1947.

Catalogi

• Verwee, Knokke 1976.
• Vereeniging der schilders van de Oostkust, Knokke 1942.
• Rétrospective Pierre H. Bayaux, Knokke 1947.

Dag- en weekbladknipsels uit

• Brugsch Handelsblad,
• De Provinciale Zeeuwse Courant,
• Het Vlaams Weekblad,
• Knocke-lnformations,
• La Lanterne,
• Le Nation Beige,
• e.a.

Diverse interviews. 42.