Het Sint-Paulusfort wordt ontruimd (Knokke).

In de kerktoren van Heist wordt een nieuwe klok gehangen.

Omstreeks 1650 was het grondwater in Damme drinkbaar en de waterleiding uit Male bijgevolg overbodig geworden. De loden leidingbuizen werden opgegraven en deels in 1656, deels in 1824 openbaar verkocht.

In het gebied tussen Aardenburg, Sluis en Middelburg wordt in 1650 de Bewester Eedepolder opnieuw ingedijkt.

Geïnteresseerden doen op 22 april 1650 een verzoek om schorren die zijn gelegen in de watering Beooster Eede te mogen indijken. Daartoe moeten twee sluizen worden gebouwd bij Aardenburg. De werken zijn klaar in 1651.

Halfweg de 17de eeuw wordt de zeedijk ten noorden van Middelburg (Vl) vernieuwd.

In Dudzele betaalde men 10 gr. belastingen o.a. 'tot etgaelen vande oncosten vande wacht opde zeecant jeghens een invasie vande Franchoisen, ende posten opde reviere loopende naer Oosthende'. Ook betaalde men voor pioniers in Veurne, Greelinge en Duinkekre.

Het beneficie van de kapelanie van Sint-Jacob de Meerdere uit Hoeke is in handen van AdriaanLudovici, kannunik in Dermdonde.

Jonkheer Frans de Monceau schenkt op 28 maart 1650 kazuifels en beeldjes aan de kerk van Hoeke.

Het stadhuis, enkele huizen en schuren van Sint-Anna-ter-Muiden worden verwoest door een brand.

Omstreeks 1650 wordt de middeleeuwse Westpoort van Aardenburg vervangen door een nieuwe Westpoort.

De Staten-Generaal ordonneren dat alle openbare ambtenaren tot de 'Gereformeerde religie' moeten horen.

De burgemeester en schepenen van het Brugse Vrije en die van het Vrije van Sluis sluiten op 12 januari 1651 een overeenkomst m.b.t. de grenzen, de processen en andere geschillen.

Aardenburg klaagt op 9 januari over de problemen met de toevoerwegen. De Eeklose Watergang is toegedamd vanwege de Beooster Eedepolder en de Bewester Eedepolder heeft problemen met de verbindingsweg naar Brugge over Middelburg (Vl.).

In de winter van 1651-1652 is er wateroverlast in de omgeving van Onze Lieve Vrouw Bezuiden en in Sint-Kruis doordat nog lozingsafspraken moeten worden gemaakt tussen de polder Beooster Eede en de sluismeesters van Eeklo, Maldegem, Sint-Laureins en Lembeke.

Na het Verdrag van Münster komt de handel tussen Zeeuws-Vlaanderen en het Spaans gebied vrij snel weer op gang. Inwoners van Maldegem krijgen in 1651 wel geen toelating om het Coxijse Gat als vaarweg naar Aardenburg te gebruiken, maar de magistraat van Aardenburg verplicht wel om de Eeklose watergang tussen Aardenburg en Sint-Laureins te onderhouden.

Tijdens de winter dringt een stormvloed de sluisvliet van de Zwarte Sluis binnen. Ook de Izabellasluis wordt door een storm aangevallen.

Er worden in Aardenburg hoofdgecommitteerden aangesteld voor de 'dycagie van den Boom'.

Op 28 juni 1652 wijdt bisschop van den Bosch van Brugge de nieuwe kerk van Lapscheure in, in aanwezigheid van Jan Baptiste de Carmargo, gouverneur van Damme.

De grens tussen Knokke en Westkapelle wordt vastgelegd.

In Aardenburg wordt besloten om het koor van de Sint-Baafskerk te zuiveren en geschikt te maken voor een begraafplaats.

Op 28 juni 1653 publiceert de kerkenraad van Aardenburg een brief om tegen te gaan dat verschillende hervormden uit Aardenburg nog de Heilig Bloedprocessie in Brugge zouden bijwonen.

Elk jaar betaalde Dudzele tientallen ponden om de militaire bevelhebers gunstig te stmmen, en deom groepen soldaten in de herbergen te onthalen.

De vlasteelt in het Noordvrije begint opnieuw enige omvang te krijgen.

Een overstroming teistert Sint-Anna-ter-Muiden.