Mededelingen en verslagen
2. Een ander doodsprentje van 't begin 1800

Jos Rau

Nu berust er in de biblioteek van Sint-Guthagokring ook een doodsprentje waarvan we hier een fotokopie publiceren omdat het best vergeleken kan worden met het zeer interessante prentje van Jan Vullers, gewezen pastoor van Oostkerke (zie hoger p.171).

Eerw. Heer Jozef Van den Heuvel heeft onze aandacht getrokken, niet alleen op de tekst van de keerzijde, maar ook op de voorzijde met de kunstvolle gravure.

Het doodsprentje dat wij U ter vergelijking voorleggen, heeft gelijkenis met het voorgaande. Eerst en vooral is het ook dat van een priester. En ten tweede, de voorzijde is eveneens een gravure van Corneel Galle, een van de veroemde etsers uit de Antwerpse school van de 17de eeuw.

Het doodsprentje met de Barmhartige Samaritaan meet 94 millimeter bij 74.

"Canonink" Corneel Liebrechts stierf te Turnhout in 1812; pastoor Jan Vullers stierf te Weert in 1817. Dus zijn beide prentjes van dezelfde tijd en uit dezelfde streek. Was dit toen langsdaar een meer verspreide gewoonde dan alhier? Waren het de priesters die de eersten deze gewoonte invoerden? Het zou ons veel genoegen doen moest iemand ons daarop kunnen antwoorden in "Rond de Poldertorens".

Op een perkamenten "doodsantje" uit dezelfde periode en eveneens van een Brugse priester, vond ik indertijd niet alleen de ouders van de priester, maar ook zijn grootouders langs vaders zijde. Hier vinden we alleen de ouders van Kanunnik Liebrechts. Voor pastoor Vullers vinden we geen familieleden vermeld.

E. H. Van den Heuvel wijst er op dat de meeste doodsprentjes uit die periode (eind 1700-begin 1800) in Noord-Nederland te vinden zijn. Ik ben niet bevoegd om dat te beamen of te betwijfelen. Maar ik wil doen opmerken dat zowel Weert als Turhout, beide toen behoorden tot de Zuiderlijke Nederlanden. Weert werd pas in 1839 effectief een "Hollands" stadje, door de goedkeuring van het Verdrag der XXIV Artikelen.

Is het prentje Vullers "waarschijnlijk" het oudste voor een pastoor van het Bisdom Brugge, dan steekt het Bisdom Antwer­pen met het prentje Liebrechts "voorlopig" Brugge de loef af.