Bij de paardenbeenhouwer

 André Desmidt

 Een tijdje terug zat ik te genieten van een lekker stukje paardenfïlet bij Scherpereel in de Lilas Blanc op De Bolle. Het was gezellig en het smaakte verrukkelijk. Iets verder van ons hoorden we de stem van Jacqueline in het gezelschap van heel wat Heistse vriendinnen. Niet te verwonderen eigenlijk als we de puzzel maken.

Jacqueline is immers de moeder van de uitbater van de Lilas Blanc en ze was gehuwd met wijlen Laurent Scherpereel, dé paardenbeenhouwer van Heist. En aangezien er de jongste tijd zoveel te doen was om paarden vlees hadden we inspiratie genoeg voor een artikel.

Oorsprong

De familie Scherpereel is eigenlijk afkomstig van Menen. Emiel Scherpereel had daar zelf drie paarden en was ook verzot op de paardensport en het gokken.

Na de oorlog vertrok hij uit Menen (en liet hij de paardenweddenschappen achter zich) en via Blankenberge kwam hij in 1948 in Heist terecht. Hij vestigde zich als beenhouwer op de hoek van de Vissersstraat en de Panneslag (nu Pannenstraat). Zijn specialiteit was paardenvlees. Ook dat was een gok maar dat sloeg aan in Heist want ze waren verzot op die gezonde lekkernij.

2018 11 29 115428De beenhouwerij op de hoek Vissersstraat - Pannenstraat met “schoonmoeder” Elza Dhaene

De overname

In 1959 nam zoon Laurent de zaak over. De zaak telde vele klanten en er werd ook geleverd aan hotels, pensions, scholen en bij de mensen thuis. Maar de klanten kwamen ook graag zelf naar de winkel. Ook de jonge dochters zoals Jacqueline.

Jacqueline was de dochter van Henri Decoster die werkte aan de gemeente en een zeer gekend persoon was (zij hielden ook café). Het gezin woonde in de Kursaalstraat (naast cinema Metro) en dus was naar de paardenbeenhouwer gaan maar even om de hoek.

Jacqueline ging niet alleen voor het vlees in de etalage maar ook voor het vlees achter de comptoir. Het klikte met Laurent en van ’t één kwam ’t ander... In 1959 trouwden ze en kregen twee zonen.

2018 11 29 115450Laurent Scherpereel en echtgenote Jacqueline

De beenhouwerij

De beenhouwerij op de hoek van de Vissersstraat en de Panneslag was eerder bescheiden, wat niet kan gezegd worden van het vlees. De zaak was gekend voor topkwaliteit en versheid. Heel bijzonder was het aanbod van paardenvlees: gehakt (eigenlijk filet américain van paardenvlees), stoofvlees en natuurlijk de filet pur !

Het paardenvlees kwam dan ook niet van oude dieren maar van jonge paarden gekend als “poulains”. Zeg maar het kalfsvlees van de paarden. Leverancier was Jerome Deleyn uit Uitkerke.

Het was natuurlijk niet allemaal koek en ei. Het gezin werd niet gespaard van tegenslagen. In 1963 had Laurent een zwaar ongeval met zijn motto (met blijvende letsels) waardoor zijn vader terug in de zaak moest komen en Jacqueline de bestellingen moest leveren aan huis.

Aanvankelijk werd het vlees geleverd aan de hotels, pensions en ook bij de mensen thuis... met de fiets. Jacqueline trok door weer en wind op pad en het werd letterlijk een levering met vallen en opstaan. Zo ook die keer dat het glad was en ze met de fiets toekwam op de speelplaats van de rijksschool en daar tegen de grond smakte. Een aantal beenderen (voor de soep) rolden op de speelplaats maar Jacqueline raapte alles vlug op... even afkuisen... en terug in de zak... en recht naar de keuken.

Er stonden een aantal werklieden van de gemeente te kijken en te lachen... Maar verder was er geen haan die erover kraaide en op school hebben ze nooit een opmerking gemaakt.

Later werd een auto aangekocht en konden de leveringen vlotter verlopen. De bestellingen kwamen binnen via de telefoon (hotels en pensions). De particulieren kwamen hun paardenvlees bestellen en wisten dat de levering op zaterdag gebeurde.

Ze hadden een grote naambekendheid... tot in de Oosthoek van Knokke toe want daar leverden ze wekelijks aan de rijkswacht. Een niet te onderschatten fietstocht en berg op door ’t Sparrenbos ! Blijkbaar had Jacqueline goede herinneringen aan de leveringen aan de “gendarms” want spontaan noemde ze er een aantal met naam op.

Het wassalon

Kort na de oorlog waren er niet minder dan 27 beenhouwers in Heist. En allemaal moesten ze leven. Het hoeft gezegd dat er wel af en toe wat naijver was onder de collega’s want met zo’n groot aantal was het niet evident om de kost te verdienen.

Laurent en Jacqueline hadden evenwel een goede naam en veel vaste klanten. In 1970 stopten ze de zaak omwille van gezondheidsredenen (na het ongeval van Laurent). In de Vissersstraat richtte Jacqueline een wassalon in en dat sloeg aan. Jacqueline had blijkbaar het gat in de Heistse markt gevonden.

Te noteren dat hun buren de familie Rijckaert was. En wie Rijckaert zegt, denkt aan paarden. Dus de Vissersstraat had ook de paardenstraat kunnen zijn.

Doordenkertje

“Beter een paard in de Lassagne dan een ezel in de regering ”

Bij de paardenbeenhouwer

André Desmidt

Heyst Leeft
2013
02
003-005
Ludo Sterkens
2023-06-19 15:26:46