HomeTentoonstellingenTentoonstellingen 2007

Spel en spelen
Als we kijken naar de hoeveelheid tijd dat kinderen per dag besteden aan spelen, merken we dat vandaag minder dan 2 uur per dag (gemiddeld 115 minuten p/d) wordt gespeeld (met én zonder speelgoed). Dit terwijl de kinderen vandaag over meer vrije tijd – zo’n vier uur per dag - beschikken dan de kinderen vroeger.
Tijdens diepte-interviews viel het weliswaar moeilijk om iemand geboren in 1923 te vragen naar het aantal uren dat hij of zij doorbracht met spelen. Maar vaak bleek uit de getuigenissen dat kinderen geboren in de eerste helft van de 20ste eeuw over minder vrije tijd beschikten dan de kinderen nu. Zij moesten immers veel meer meehelpen in het huishouden, voor de jongere kinderen zorgen, gaan bijverdienen na de schooluren, enz. Vaak werd hun kindertijd vroeger afgesloten, aangezien, zeker voor WOII, veel kinderen reeds moesten gaan werken op hun 14de. Als deze kinderen dan al vrije tijd hadden, dan benutten zij deze voor de volle 100% met het spelen van allerlei traditionele kinderspelletjes.

Dat men dus in 2004 minder dan 2 uur per dag speelt, is betrekkelijk weinig te noemen. Dit cijfer is trouwens een gemiddelde voor alle leeftijdsgroepen: hoe ouder men wordt, hoe meer men zich gaat bezig houden met televisie kijken, chatten of naar de bioscoop gaan; activiteiten die wij in ons onderzoek uitsloten van de echte ‘kinderspelen’.

Speelgoed
Ook in het tijdstip van de aankoop van speelgoed zijn belangrijke evoluties te bemerken. Sinterklaas blijkt dé gelegenheid bij uitstek om speelgoed aan te kopen. Daarna volgen respectievelijk de verjaardag, Kerstmis en de Communie. Voor elk van deze gelegenheden groeiden de percentages doorheen de 20ste eeuw. Kinderen krijgen tegenwoordig niet enkel met Kerstmis en Sinterklaas speelgoed. Speelgoedfabrikanten maken immers het hele jaar door reclame voor speelgoed en aanverwante artikelen, en grijpen daarvoor de meest uiteenlopende aangelegenheden aan (o.a. Halloween, carnaval, ...).