Datum / JaartalGebeurtenis
1292
In 1292 zegt Gwijde van Dampierre tegenover Filips de Schone zijn leentrouw op en gaat in Damme scheep voor Londen om er met de Engelse koning Edward I een bijstandsverdrag op commerciele basis af te dwingen. De alleenverkoop van de Engelse wol in het graafschap Vlaanderen wordt toevertrouwd aan Brugge.
29 juni 1293
Op 29 juni 1293 bekrachtigt graaf Robrecht het recht binnen vier palen en het waterrecht tot aan twee zee-grenspalen, dat zijn vader Gwijde van Dampierre aan Sluis heeft verleend.
november 1293
In november 1293 dankt Sluis graaf Gwijde van Dampierre voor de tolvrijheid en belooft hem de opbrengst van de belasting op inkomende wijn, een aandeel uit de tolkas van Damme en ook het maalrecht van Sluis.
13 mei 1293
In een brief dd. 13 mei 1293 bepaalt graaf Gwijde van Dampierre het rechtsgebied van Sluis en stelt hij Sluis vrij van tol.
1293
Tussen Sluis en Mude is de Robbe Moreelpolder reeds opgewassen.
1293
Geboorte van Jan, de zoon van Pieter, heer van Lissewege.
13 mei 1293
In een brief dd. 13 mei 1293 bepaalt graaf Gwijde van Dampierre het rechtsgebied van Sluis en stelt hij Sluis vrij van tol.
1293
Oudst gekend zegel van Lamminsvliet (Sluis)
mei 1293
In mei 1293 stelt graaf Gwijde van Dampierre de grenzen van het schependom van Sluis vast. Omdat enkele grenspalen in het water worden geplaatst, protesteert Mude sterk omdat Mude het baljuwschap over de wateren heeft.
1294
Jan van Namen heeft reeds de Vagevierspolder ingedijkt.
1294
Jan van Namen heeft reeds de Vagevierspolder ingedijkt.
1294
Oudste vermelding van de naam 'Haseghers' (Hazegras) als naam voor het hele voorland van Kragendijk en Kalveketedijk in een akte van Gewijde van Dampierre.
1294
Oudste vermelding van de naam 'Haseghers' (Hazegras) als naam voor het hele voorland van Kragendijk en Kalveketedijk in een akte van Gewijde van Dampierre.
1294-1297
Filips de Schone laat verschillende keren de Zwinhavens blokkeren om te verhinderen dat Engelse wol wordt geimporteerd (duurde tot 1297).
1294
In Lier wordt de huwelijksovereenkomst getekend tussen Philippina van Dampierre, dochter van de Vlaamse graaf Gwijde, en depris van Wales, zoon van Eduard I, koning van Engeland.
1294
Willem van Lissewege, die handel drijft in wol, wordt lid van de Hanze.
februari 1295
In februari 1295 moet Gwijde zijn 8-jarige dochter Philipinna uitleveren aan de Franse koning Filips de Schone.
1295
Graaf Gwijde van Dampierre voert oorlog met graaf Floris V van Holland en Zeeland. De legers van Floris V bezetten de kust van Vlissingen tot Zoutelande, terwijl de Vlamingen Kadzand innemen. De Friezen, die de Hollanders steunen, plunderen Kadzand. Jan van Renesse trekt vanuit Vlissingen naar Sluis die hij in brand stak.
1295
Graaf Gwijde van Dampierre voert oorlog met graaf Floris V van Holland en Zeeland. De legers van Floris V bezetten de kust van Vlissingen tot Zoutelande, terwijl de Vlamingen Kadzand innemen. De Friezen, die de Hollanders steunen, plunderen Kadzand. Jan van Renesse trekt vanuit Vlissingen naar Sluis die hij in brand stak.
1295
Edward I van Engeland kent de wolstapel toe aan Dordrecht (ipv Brugge).
1296
Wanneer Brugge zich overgeeft tijdens de politieke oorlog die in 1296 tussen Vlaanderen en Frankrijk uitbreekt , drijven de Engelsen hun handelsactiviteiten in Aardenburg op. De Engelse wolstapel wordt gedurende een bepaalde tijd naar Aardenburg verlegd na tijdelijk een onderkomen te hebben gevonden in Biervliet, Antwerpen, Mechelen en Dordrecht (1294-1305).
20 juli 1296
Op 20 juli 1296 draagt graaf Gwijde van Dampierre al zijn rechten op Zeeland bewester Schelde (Walcheren, Schouwen-Duiveland, Noord- en Zuid-Beveland) over aan zijn jongste zoon Guy van Namen omdat de jongman ook over een graafschap zou beschikken.
1296
Vroegste vermelding van de Bonempolder in Damme.
1296
Een akte van Filips de Schone, koning van Frankrijk, bevestigt dat de Poorte (liefdadigheidsinstelling) van de abdij Ter Doest (Lissewege) eigenaar is geworden van Raaswalle (Uitkerke).
1296
Willem Coley schenkt aan de monnik Petrus Maroie een bijbel, een handschrift met sententies en boeken over natuurkunde en aan monnik Willem Brokera een handschrift met commentaren van Thomas van Aquino. Als tegenprestatie wil hij na zijn dood worden begraven in de abdij Ter Doest (Lissewege).