Datum / JaartalGebeurtenis
1488
Nieuw conflict tussen Vlaanderen en keizer Maximiliaan, waarbij een frontlijn wordt gevormd tussen Damme en Sluis.
1488
Nieuw conflict tussen Vlaanderen en keizer Maximiliaan, waarbij een frontlijn wordt gevormd tussen Damme en Sluis.
di 8 jan 1488
Keizer Maximiliaan van Oostenrijk hervormt de Admiraliteit van Vlaanderen om de Vlaamse vissers een betere bescherming op zee te kunnen bieden.
do 31 jan 1488
Maximiliaan van Oostenrijk wordt in Brugge vastgehouden. Het Oost-Vrije wordt in staat van verdediging gebracht.
mei 1488
Brugge laat Maximiliaan van Oostenrijk vrij.
1488-1494
Door de opstand tegen Maximiliaan van Oostenrijk worden de dijken verwaarloosd en dijken tussen Cadzand en Sluis geraken beschadigd waardoor de omgeving van Biervliet onder water komt te staan.
1488
Maximiliaan van Oostenrijk wordt op 16 mei 1488 door Brugge vrijgelaten na de belofte om geen weerwraak te nemen. Die belofte wordt al snel verbroken.
1488
Na de vrijlating van Maximiliaan van Oostenrijk trokken Duitse troepen o.l.v. keizer Frederik II in mei 1488 door de streek. Zij plunderen o.a. Damme, maar worden verdreven door milities uit Sluis en Brugge.
1488
Na zijn nederlaag in juni 1488 trekt Maximiliaan van Oostenrijk zich in juni/juli terug in de burcht van Middelburg (Ned) die wordt bestormd door een coalitiemacht van Franse soldaten en Vlaamse milities uit Gent, Brugge, Damme en Sluis.
1488
Na zijn nederlaag in juni 1488 trekt Maximiliaan van Oostenrijk zich in juni/juli terug in de burcht van Middelburg (Ned) die wordt bestormd door een coalitiemacht van Franse soldaten en Vlaamse milities uit Gent, Brugge, Damme en Sluis.
1488
Begin oktober 1488 doen vissers uit Sluis,Heist en Blankenberge aan piraterij voor de kust als compensatie voor de verliezen die ze leden door het optreden van keizer Maximiliaan van Oostenrijk. Ze kapen tien schepen met levensmiddelen.
1488
500 Bruggelingen o.l.v. Joris Picavet brachten in de nacht van 26 november 1488 proviand over van Sluis naar Brugge maar zij werden in de omgeving van Oostkerke door een Duits garnizoen verrast.
1488
In oktober 1488 vertrekt keizerFrederik III terug naar Duitsland.
1488
Op 9 januari bezetten de Gentenaren Kortrijk in hun strijd tegen Maxiliaan van Oostenrijk. Ze slaagden er echter niet in om geheel Vlaanderen achter zich te krijgen. Hzet Westland enSluis steunden de Keizer. In Sluis voerde Filips van Kleef, heer van Ravestein, het bevel over de twee kastelen die de waterweg naar Brugge bewaaketen.
1488
Toen keizer Maximiliaan zag dat de onderhandelingen in Brugge geen resultaat zouden opleveren liet hij Filips van Hoorne met Duitse troepen nar Brugge optrekken. De Brugse milities wantrouwden dit maneuver en sloten de stadsporten. Toen Maximiliaan op 31 januari 1488 de sad wilde verlaten werd hem dit door de Bruggelingen belet.
1488
Op 2 februari benoemde de stad Brugge Karel van Halewijn, Heer van Uitkerke, tot kapitein van de Brugse milities die de stad moesten verdedigen tegen de troepen van Maximiliaan van Oostenrijk.
1488
Op 3 februari werd Pieter Lanchals,heer van het Hof te Heis, als schout vervangen door Pieter Metteneye.
1488
De opstandelingen in Brugge keerden zich tegen de naaste medewerkers van keizer Maximiliaan. Onder degenen die in februari en maart 1488 op de markt in Brugge werden onthofd, vermelden we hier slechts Jakob van Gistel, Heer van Dudzele. Die werd op 14 februari gegrepen. In de laatste stadsrekening vond men eenpost die zeer bezwarend voorhem uitviel. De stadskas had hem 3.9900 pd. Gr. Gerleend, maar hij kon het gebruik van dit geld niet verantwoorden. De smeekbeden van zijn vrouw en zijnkinderen konden de massa niet vermuurwen. Jakob werd op 8 maart onthoofd.
1488
Op het einde van februari wrden de Brugse poorters die op het platteland woonden, opgeroepen om op de markt te Brugge de milities bij te staan. Ondertussen begon het vijandige garnizoen van Sluis strooptochten in de omgeving te houden. Op 27 februari kwam het Vrije tussen bij het Brugse stadsbestur 'ten fine dat elc hadde moghen thuus trecken omme zyn goed te bescuddene jeghens die van der Sluus ende ander quaetwillende'.
1488
Schepenen van het Vrije reden op 21 maart 'te Wendunen omme aldaer te veraderene de hooftmannen vanden Noordvrye, metgaders Anthuenis Pieaerts, capitein in t Noorvrye, ommehemlieden van der wet weghe e lastene dat zy de wake lacx de zee verstercken zouden, ende goede weke zoen zouden te paerde ende te voet'. De Heer van Lichtervelde werd gesteld als 'capitein generael vanden Vryen'.
1488
Op 3 april stonden schepenen 'ter Doest omme aldaer inghesciftente stellene de serganten vanden Noordvrye, dewelke gheordonneert waren te legghene ten Hasegarse of daer omtrent.'
1488
Despars deelt mee op 2 april 'wierden alle die ghevluchte ende andere absente poorters by haleghebode inne ghedaecht, u die verbuerte van hondert ponden grooten men gheboot daer ooc dat niemende voortan meer zyn schip ofte boot zoude laten ligghen binnen der Damscher vaert'.
1488
Op 16 mei 1488 liet men de gevangen keizer Maximiliaan vrij, nadat hij onder eed besloofd had, dat hij de aftochtvan alle vreemde troepentou bevelen. Maar zodra de keizer de stad had verlaten, verbrak hij zijn belofte. Darop schaarde filips van KKleef zich aan de zijde van Brugge. De strijd werd voortgezet. Het Vrie verdedgde zijn westgrens tegen de aanvallen van het Westland, zijnoostgrens tegen de oprdingende keizerlijke troepen en het zeefront tegen landingspogingen van de Zeelanders.
1488
In het begin van juni namen de Duisters Middelburg in.Het Vrije legerde mannen te Monnnikerede en op het kasteel van Lembeke te Oostkerke om de vaarweg naar Sluis te bewaken. De Bruggelingen staken de dijk van de Zeuge door, om Damme door middel van een inundatie te beschermen.
1488
Het Vrije besprak op 7 juli ' t insteken van der Zueghe byden Damme, ende deden te dier cause adverteren de inghelande end inzetene van Oostkercke ende Dudseele, dat zy huerlieder slussen ende ghoten sluten zuden jeghens de zoute, ten fyne dat zy daerby niet bescadicht en worden.' Toch kon men niet beletten dat verscheidene boeren van het zoute water te lijden hadden.